Pas op: kans op “Goedemorgen!”
Op Utrecht Centraal wordt hard gewerkt aan een nieuw station. In de Noordertunnel, waar dagelijks honderden forenzen doorheen razen, is een stuk afgezet voor de werkzaamheden. De werkruimte is volledig betimmerd met bleke houten planken. Aan de buitenzijde van de houten box zien we het bestemmingsplan. ‘Hier wordt gebouwd aan een appartementencomplex’ staat er. Ik hoop voor de nieuwe bewoners van de appartementen dat dát niet waar is. Het lijkt me zo rumoerig in de tunnel, en donker bovendien. Maar wat vooral intrigeert is het bord dat naast de bouwplannen hangt. ‘Pas op, geluidsoverlast!’ staat er. Interessant, want meestal hoeven mensen niet gewezen te worden op mogelijke bronnen van irritatie. Toch lijkt dit bord willen te zeggen: ‘goed luisteren, anders mis je de storende geluiden nog!’. Als de gemeente zich had willen verontschuldigen had er immers beter: ‘Excuses voor de geluidsoverlast’ gestaan.
Wat jammer eigenlijk, dat we in een wereld leven waarin onze aandacht zo vaak alleen geleid wordt naar de dingen die niet goed gaan, de zaken waar we ons aan zouden moeten storen, aanstoot aan zouden moeten nemen en ons boos over zouden moeten maken. Wat jammer dat er niet vaker gewezen wordt op het mooie, het vriendelijke en zachtaardige. Dat er bijvoorbeeld geen bord boven de Metro-uitdelers geplaatst wordt, met: ‘Pas op, kans op “Goedemorgen!”’
Bij het passeren van de box heb ik de afgelopen weken telkens goed de oren gespitst. Maar niets, geen kik. Ik denk dat de bouw van de ‘nieuwe appartementen’ nog even is uitgesteld. Maar misschien is het nog niet zo’n gek idee om dat bord alvast te plaatsen, bij die Metro-uitdelers. Want het schreeuwen, boren en zagen van deze wereld klinkt altijd zo veel harder dan de vriendelijke stem die ‘Goedemorgen’ zegt.