Op weg naar het songfestival
Jeej, we hebben een naam. Jeangu Macrooy vertegenwoordigt Nederland op het Eurovisie Songfestival 2020. Eerder zagen we Duncan Laurence naar Tel Aviv gaan, OG3NE naar Kiev, Waylon, The Common Linnets. Allemaal vertrokken zij naar het songfestival en dan kreeg je een kleine documentaire. Over hoe zij vertrokken, wat zij achterlaten, wat zij meemaken in dat andere land, de verbondenheid en zie je gelukzaligmakende filmpjes voorbij komen over hoe fantastisch het allemaal is en je kon de hele reis mee beleven.
Het lijkt me zo leuk als we dat weer doen. Jeangu Macrooy pakt de trein van Amsterdam naar Rotterdam. Gaat gewoon zitten in een stilte coupé, wat tegenwoordig niet meer nodig is, want iedereen staart op zijn telefoontje en zit Jeangu Macrooy te ranken, terwijl hij gewoon naast ze zit. Hij bestelt een theetje met honing en heeft een koffer bij met speciale kleding erin. Vele gedachtes galmen door zijn hoofd. Hij moet een daadkracht verlenen. En dan komt het spannende moment. De trein stopt. Rotterdam.
Het is allemaal eigenlijk niet zo spannend meer als het in eigen land gebeurd. Maar laten we niet eens kijken naar het songfestival, laten wij ons land weer verbinden, onze stad, onze buren. Laten we maar weer eens op weg zijn naar onszelf.
Voorbeeld wat niets met bovenstaande te maken heeft, maar uit mijn dagboek komt:
10 december:
Ik sta aan de kassa bij de AH en een vrouw zegt dat ik ook mijn eigen boodschappen kan scannen. Ik zeg: “Verschrikkelijk en waar laten we dan de vriendelijke kassameisjes dan? Zijn zij dan ook hun baan kwijt? En word er dan niet meer gezegd dat ik een fijne avond mag hebben? Het kassameisje glimlacht naar me en zegt: “Zo jij hebt veel lekker eten gekocht.”
Ik zeg: “Moet je nagaan. Ik woon alleen. Dus je mag altijd mee eten.”
Ze glimlachte heel verlegen en lief.
22 december: Het kassameisje zit er weer en had mij onthouden. Ze vraagt hoe het eten was. Ik zei: “Lekker. Maar je wilde niet langskomen. Misschien vind je me lelijk. Kan ik het licht wel uitdoen as je dat prettiger vindt.” Ze moest hardop lachen.
09 januari: Mijn kassameisje is aan het poetsen, dus ik sta bij een aan ander kassameisje. Zegt mijn kassameisje ineens: “Wees aardig voor hem, da’s mijne maat.” En daarna volgt: “Ik ben je lieve uitnodiging nooit vergeten. Ik kom ooit bij je eten hè.” En ze glimlacht.
Verbinding begint met iets kleins, iets moois, niet met scannen, controle of op weg naar het songfestival. Blijf altijd jezelf, mensen!