Lul niet over kanker
Dinsdag, half negen in de ochtend. Twee mensen fietsen naast elkaar door het park, een vader en een moeder. Ze hebben zojuist hun kinderen naar school gebracht en zijn op weg naar huis. Een scooter komt hen tegemoet over het bochtige fietspad. Hij gaat te hard, kan in de bochten niet op zijn eigen weghelft blijven. De vader schikt in om ruimte te maken, het gaat net goed. Toch zint het de scooterrijder niet dat hij moet uitwijken. Van onder zijn helm vandaan klinkt een reeks onverstaanbare scheldwoorden. Het enige woord dat duidelijk doorkomt is: kankerlul!
De vader en moeder kijken elkaar verbaasd aan en schieten in de lach, wat een idioot! Die zet alleen zichzelf voor schut! Toch blijft het woord na-echoën… Kankerlul…
De maandag daarvoor, elf uur in de ochtend. Diezelfde vader en moeder zitten naast het ziekenhuisbed van hun jongste zoon, hij is vier jaar. Het infuus is aangeprikt en de verpleegster heeft zojuist de eerste zak chemo aangehangen. De vader en moeder denken aan de lange uren die voor hen liggen, slepende uren aan het bed van hun zoon, terwijl de chemo inloopt en hij steeds stiller zal worden. Dit is al de dertigste keer in een jaar. En dan zijn er nog al die keren in de jaren daarvoor. Sinds de diagnose ‘hersentumor’ rijgen de ziekenhuisdagen zich aaneen tot een spoor van doffe ellende. En voor de toekomst koesteren ze weinig hoop. Dat durven ze niet meer.
Kanker, waar het ook zit, in je lul of in je hoofd, dat wens je toch niemand toe? Niet een kind van vier. Ook niet een willekeurige fietser die naar jouw mening in de weg fietst. Het is een gemene, verwoestende ziekte, voor degene die het heeft en net zo goed voor zijn of haar naasten. Te veel mensen kunnen dat uit eigen ervaring beamen.
Dus kankerlul…? NEE! Draai het liever om en lul niet over kanker. Ik zou zo graag meegeven aan deze scooterrijder en aan iedereen: Denk toch een moment na voordat je begint te schreeuwen! Woorden kunnen WEL pijn doen, dingen kapot maken.
En een tip voor als je dan per se moet schreeuwen; verzin iets creatiefs, zoals ‘kledderlel’, in plaats van wat dan ook waar kanker in voorkomt. Dat geeft bij de schreeuwende partij minstens evenveel voldoening en bij de ontvangende partij veel minder kans op, achteraf onbedoelde, onevenredige pijn.