“Ik trouw later wel met een rijke man, meneer!”

Langzaam wordt het winter. De bladeren vallen van de bomen, en ik sta in het lokaal. De bel is al lang gegaan, maar voor mij zitten enkele van mijn mentorleerlingen. Zij blijven even hangen. Voor mij is dit een mooie kans voor een contactmomentje. Het gaat over werk, en ik vraag aan de meisjes wat ze willen worden.

“Ik trouw later wel met een rijke man, meneer” hoor ik niet uit één, maar uit drie monden. Ik schrik me lam. De dames zijn wellicht niet de top van de klas, maar onderpresteren doen ze zeker niet. Ze hebben zo veel in hun mars. Is er dan geen beroep dat ze leuk lijkt? Wat gaan ze dan de hele dag doen? “Thuiszitten en chillen” luidt het antwoord. Ik frons. Na een paar maanden thuiszitten ben je dat écht wel zat.

Een jaar later spoken de uitspraken nóg door mijn hoofd. Waren de ouders conservatief? Was het wellicht cultureel? Één meisje wilde uiteindelijk terug naar Marokko. Voelde zij zich niet thuis, of niet geaccepteerd in Nederland? Ik had veel vragen, maar ik kreeg weinig antwoorden. De meisjes waren niet meer onder mijn hoede. Ik vroeg mij af of dit was hoe een moeder zich voelde wanneer de kinderen het huis uit zijn, en het lastig is om te controleren of alles goed gaat.
Met groei komt echter ook wijsheid, en vandaag de dag stel ik mijzelf heel andere vragen. Wie was ik om mijn verwachtingen op deze meisjes te leggen? Als liberaal stigmatiseer je het conservatieve gezin veel te snel. De vrouwenemancipatie heeft ons opgeleverd dat vrouwen kunnen werken, maar niet dat zij dit persé moeten. Als het huisvrouw-zijn de meisjes geluk en blijdschap biedt, dan kan ik niets anders dan ze aanmoedigen en het beste wensen.

Als een vrouw het fijn vindt om beschermd, voorzien in benodigdheden en gekoesterd te worden, waarom moet progressief Nederland haar dan overtuigen dat zij “sterk” is, en alles wel in haar uppie zou kunnen? Niet dat dit onwaar is, maar misschien wil ze het leven niet helemaal alleen trotseren. Bij deze een diepe buiging voor alle gelukkige huisvrouwen. Een diepe buiging voor de conservatieve, blije gezinnen. Een diepe buiging voor dit stukje Nederland, zo ondergewaardeerd omdat het ‘normaal’ is.

Één kleine aanpassing: geef de voorkeur misschien niet aan een ‘rijke man’, maar aan een ‘lieve man’. Iemand die misschien ook een keer voor jou wil koken.