familievete

Het gezin uit Tilburg ging elke zaterdagavond naar de carnavalsvereniging. Dat begon op de elfde van de elfde en duurde tot en met carnaval.
De familie bestond uit een vader(Ad), een moeder(Tinie), haar broer (ome Sjaak, hij was kostganger en werd “het drankorgel” genoemd) en vier kinderen.

Ze kwamen het zaaltje binnen, het was nog niet druk. De muziek stond al aan: “Het feest kan beginnen want wij zijn binnen.”
Ze waren altijd aan de vroege kant omdat Ad de nar was en ome Sjaak deel uitmaakte van de raad van elf. De twee hadden even tijd nodig om zich om te kleden. Terwijl ze in het toilet hun outfit in orde maakten, wachtte Tinie met de kinderen aan een tafel bij de muur. Een vrouw in Tirolerkleding zette cola op de tafel. De feestgangers druppelden binnen. Het volume van de muziek ging omhoog.

Toen kwam, zoals elke zaterdag, de zus van Tinie, met haar man en kinderen binnen. De zus hield een sigaret tussen haar vingers. Het gezin liep linea recta op een tafel af, aan de andere kant van het zaaltje.

Tinie’s gezicht drukte verbetenheid uit. Ze klokte haar cola naar binnen. Ze graaide in de bak wokkels en propte haar mond vol terwijl ze zich zich die ochtend nog had voorgenomen haar gewicht onder de 100 te brengen. Ad, in zijn narrenkostuum, sprong het zaaltje binnen. Ome Sjaak, met steek en cape, liep achter hem aan. Beiden kregen ze door een man uit de raad van elf hun eerste pilsje in de hand geduwd. De muziek stond zo hard dat je elkaar niet kon verstaan. Iedereen hoste en lachte, behalve de twee zussen, die kwamen niet van hun stoel af. De ene at chips, de andere rookte.

Om twee uur stopte de muziek. Het tl licht ging aan en door de microfoon bedankte prins carnaval de gasten voor de gezellige avond.

In de auto kafferde Tinie haar zus uit; hoe mager ze was en hoe ze haar weer genegeerd had. Ad moest zich op de weg concentreren, dat was niet makkelijk met al dat bier in zijn lijf. Zijn narrenkostuum had hij aangehouden, het zweet stond op zijn voorhoofd. Ome Sjaak was op de achterbank tussen de kinderen in slaap gevallen. De steek was voor zijn gezicht gezakt.

Een week later zou het weer feest zijn.