Alles op z’n altijd
Het is eind oktober en ik loop met een vriendin door een steeg in Leiden die me duidelijk maakt dat ik weer eens verdwaald ben. Dit gebeurt gelukkig wel vaker, dus ik besluit onder het mom van ‘nu we er toch zijn’ op verkenning te gaan in de steeg. Na een paar passen valt mijn oog op iets wat mijn verkenning waardig is: een etalage. En het is niet zomaar een etalage. Nee, deze etalage bevat alles om je eigen ‘winterwonderland’ te bouwen: van 16-hoekige kerstkranshangers tot hydraulische zichzelf besneeuwende kerstbomen. De vriendin in kwestie heeft haar oordeel alvast klaar: “Serieus? Het is nog niet eens Sinterklaas geweest”.
Eenmaal thuis dacht ik terug aan dit moment en hoe de kerst volgens ons Nederlanders blijkbaar heeft te wachten op de lieve goede sint. Echter, ook de sint en zijn grote feestfestijn zijn onderhevig aan een specifieke tijdsbepaling. Begin September -of was het nu zelfs eind Augustus- werd onze goedgemijterde vrind weer eens op de vingers getikt toen hij de chocoladepepernoten weer te vroeg bij de lokale supermarkten in de schappen had gelegd.
Ik heb deze vijandigheid tegenover de zoete versnaperingen van de goedheiligman nooit begrepen. Al als kind keek ik reikhalzend uit naar het moment dat mijn moeder met een mooi gekleurd zakje binnenkwam, gevuld met 250 gram gelukzaligheid. Met chocolade in alle kleuren: wit, zwart en bruin. Voor ieder wat wils bij de sint.
Helaas bleef ook ieder jaar het hiermee gepaard gaande drama niet uit toen Januari aanbrak. Zelfs alle zwaar afgeprijsde chocoladepepernoot restanten hadden 6 Januari de schappen verlaten. Daar stond ik dan.. wetende dat ik weer 9 maanden mocht gaan wachten.
En waarom eigenlijk? Aan de sint ligt het niet. Het probleem ligt bij de pepernoten-etiquette. Dat ‘heurt’ blijkbaar alleen in de herfst. De pepernoot lijkt hierin enig in zijn soort te zijn. Ik hoor u denken: en het paasei dan?” Maar laten we eerlijk zijn, dat is natuurlijk gewoon chocolade in een glanzender wikkeltje.
Stel je toch eens voor wat een heisa het zou worden indien we alleen nog maar roze koeken mochten eten in de maand naar aanloop van de Gaypride? Of stroopwafels alleen met koningsdag?
Mijn voorstel: laat mij lekker mijn chocoladepepernoten eten, onder mijn zichzelf besneeuwende kerstboom naast mijn gefiguurzaagde paashaas in juni. Want in deze tijden waar volgens iedereen de wereld in brand staat, zouden we toch niet elk jaar ook nog eens 9 maanden hoeven te wachten op het genot van de pepernoot?