Ik ben geïntegreerd. Jij ook?
Al vijfentwintig jaar geleden was de boodschap duidelijk. Ik moest Nederlands spreken of ik hoorde er niet bij.
– Zal ik doen.
– Spreken jullie Duits?
– Nee, Nederlands.
Ik deed het rigoureus. Vier jaar later behaalde ik mijn master in Algemene Taal Wetenschappen.
– In het Engels?
– Nee, in het Nederlands.
Daarna volgde de ene afwijzing op mijn sollicitatiebrieven na de andere.
– Geef een Nederlandse naam op.
– Wat doe ik dan met mijn gezicht?
Tien jaar later woonde ik te midden van welgestelde Nederlanders. Nog steeds geen enkele Nederlandse vriend. Uiteraard behalve als ik bereid zou zijn om een etentje te geven omwille van kennismaking. De daaropvolgende vijftien jaar begon ik de dagen met “Hallo mevrouw. Hallo meneer. Goedemorgen mevrouw. Goedemorgen meneer”. Tot die ene dag. Dicht bij mijn auto:
– Hé, Marco, wil je de deur op slot doen, als je klaar bent met het snoeien van de heg?
Mijn boerman, sorry mijn buurman die elke dag tegen die tijd terug van een wandeling met zijn hond naar huis loopt, hoorde dat en keerde zich om:
– Heb je dan iets waardevols thuis?
– Oh meneer, ik ben blij om na vijftien jaar uw stem te horen. Was dat een goede morgen?
– Dat is de Nederlandse humor.
– Humor of onbeschoftheid?
Met gefronste wenkbrauwen en teleurgesteld dat hij geen bevestiging van mij had gehoord, liep hij weg. Zijn hond blafte even hard in mijn gezicht, maar daar bleef het gelukkig bij. Twee jaar later zag mijn buurvrouw mij met een glaasje wijn:
– Mevrouw, u bent toch moslim!
Op een dag hield ik op met mijn hallo en goedemorgen. Ik wilde niemand meer daarmee lastig vallen. De zwaarte van de verbijsterende blikken moest ik even inslikken. Tot die ene dag:
– Hallo buurvrouw.
– Hallo.
– Hoe is het met u?
– Hoezo?
– U bent niet meer enthousiast.
Bij de Gamma parkeerde ik mijn auto even dubbel om het karretje terug te zetten:
– Mevrouw, mevrouw.
– Ja?
– Mensen zoals u noemen wij asociaal.
– Wat?
– People like you we call asocial.
Op mijn werk:
– Vast je niet?
– Nee, niet met mijn korte rok.
– Je komt toch uit Iran!
Bij het gemeentehuis in Hoofddorp:
– Mevrouw, ik ben op zoek naar huisnummer 7. Dat moet een muziekschool zijn hier in de buurt. Ik zie nummer 7 niet. Kent u de school?
– Go outside and look for the numbers.
Hoe verwijderd zijn wij eigenlijk van een geïntegreerde maatschappij? Is de kreet ‘integratie’ een excuus om afstand te houden van buitenlanders?
– Die integreren toch nooit.