Compensatiezucht

Brenda Tempelaar 14 jul 2015

“Gezien de vertraging bieden wij gratis koffie en thee aan in de kiosk” klinkt over het perron.
Een man fronst terwijl hij de NS-app checkt. Hij en ik zijn slechts twee van de tientallen reizigers die op het station van Breukelen zijn gestrand. Een treininfarct zal het vanavond op TV misschien weer worden genoemd, de verstoring die het treinverkeer in de regio ontregelde. Onderaan de trap begrijp ik zijn verbazing: station Breukelen heeft geen kiosk. Het duurt gelukkig niet lang voor de dame achter de microfoon haar sadisme rechtzet. “Wij bieden u koffie of thee aan bij hotel Van der Valk. Dit hotel vindt u aan de overzijde van het busstation.”
Niemand doet iets. Wij reizigers zijn rasoptimisten. Wij geloven dat treinen diens informatiebord 28 minuten lang ‘rijdt niet’ hebben aangegeven alsnog komen binnenrijden. Wij geloven dat de planningsdienst één trein over het hoofd heeft gezien, die binnenkomt terwijl de meute aan de koffie zit. Ondertussen staat het aanbod van NS nog steeds. Het informatiescherm knippert aan alle kanten en licht blauw op van de vertragingen. Dat knipperlicht zou een universeel signaal moeten zijn; trek de stekker uit je reis, zoek een Flex-plek.
Het volgende is een opwelling. Terwijl ik naar de ingang van het hotel loop voel ik de ogen van mijn lotgenoten in mijn rug branden. Bij de slagboom passeer ik een automobilist die met zijn Audi het hotel verlaat. Hij is een beetje afgeleid door mijn verschijning, en geef hem eens ongelijk. Met mijn waterdichte rugzak en praktische kleding steek ik fel af bij de zakelijke hotelgasten. Toch word ik bij de receptie hartelijk onthaald. De medewerkster weet nog niet dat NS trakteert maar vertrekt geen spier. Ik neem plaats bij het raam en op de WiFi van het restaurant werk ik mijn Inbox bij. De koffie smaakt naar wraak en erkenning. Zonder iets te zeggen loop ik het restaurant uit. De rekening ligt schreeuwend op het tafeltje.
Dit kopje koffie had nooit gezet moeten worden. Het was bedoeld als formaliteit. Terwijl ik in een stadsbus richting Utrecht Centraal zit kijk ik tevreden uit het raam. Ik voel me gecompenseerd. Er zullen de komende dagen veel compensatieverzoeken binnenkomen maar ik betwijfel of één van die reizigers de voldoening voelt die ik voel, denkend aan NS die met het schaamrood op de kaken één kopje koffie moet overmaken naar het hotel.