LEF

Rb de Jager 1 jun 2015

Stel je voor, je kent iemand, die iemand kent. Op deze wijze zijn we allemaal wel eens een verhaal begonnen. Het graag willen weten wat we moeten doen, maar we steken onze kop in het zand als we ons voor het antwoord kwetsbaar moeten opstellen.

We worden allemaal verliefd op dat ene meisje. In groep 6 is ze lief want iedereen vind haar lief. In groep 8 is ze mooi want iedereen vind haar mooi. In de brugklas ruikt ze lekker want iedereen vindt dat ze lekker ruikt. In het laatste jaar wordt ze aantrekkelijk, want iedereen vindt haar aantrekkelijk en in de zomervakantie die daarop volgt heb jij een soa, want iedereen heeft een soa. Maar er is niemand die na de zomer nog durft toe te geven dat iedereen verliefd was op dat ene meisje. En natuurlijk was het voor iedereen de eerste keer, wanneer we voor een soa test naar de dokter gaan. We willen alles weten maar we willen het niet horen. We willen alles zien, zolang we zelf mogen bepalen wanneer we weg kijken. We willen alles proeven zolang de smaak maar niet donder en verbitterd is. We willen geen bloed aan onze handen hebben. We willen de man zijn die ‘s avonds om 6 uur het vlees snijdt, zolang er maar een anderen man is die voor ons de trekker over haalt. We willen op safari met een four-wheel drive, slapen op een boxspringmatras en als de zon onder gaat, kijken we onze ogen uit door de red bull die in ons lichaam zit.

Maar wat nou als blijkt dat de wereld net even wat lelijker is dan iedereen zich haar had voorgesteld. Wat nou als het doek valt voor iedereen met een masker op en het leven een glazen tafel blijkt? Als alles wat ondertafel gebeurd opeens zichtbaar wordt en de campagnes van SIRE geen ver van je bed show blijken te zijn. Wat als je elke ochtend om kwart voor 6 wakker schrikt van je schreeuwende buurjongetje, die voor het plassen in zijn bedje elke ochtend onder een koude douche wordt geslingerd. Wil je dan nog steeds voelen hoe puur het leven is? Ben jij dan de superheld waarvan dit jongentje allang niet meer durft te dromen. Durf jij je hand voor hem in het vuur te steken? Of wacht je met je vingers in je oren tot het kaarsje is gedoofd.