Een geluk bij een ongeluk
Sinds anderhalf jaar ben ik buddie van een cursiste van Merk Hoe Sterk: een coachingsorganisatie die specialistische, gerichte zorg vóór, tijdens en na behandeling van PTSS, depressie en/of burn-out verzorgt.
Na zelf een tijdlang coaching bij Merk Hoe Sterk te hebben gehad, heb ik vanuit mijn ervaringsdeskundigheid regelmatig contact met een leuke, slimme en lieve jonge vrouw die bezig is te herstellen van een trauma en haar weg probeert te vinden in de jungle die Geestelijke Gezondheidszorg heet.
In het begin vond ik dat ik haar meer te bieden moest hebben dan enkel wat wijsheid die ik heb opgebouwd als ervaringsdeskundige. Omdat ik in een ver verleden een opleiding in de hulpverlening heb gevolgd, vond ik dat ik de kennis en vaardigheden die ik daar heb opgedaan kon gebruiken om haar te ondersteunen. En tot mijn verbazing kwam ik daarmee een heel eind. Maar gaandeweg veranderde ons contact van ‘buddiecoach’ versus cursist naar ‘buddievriendinnen’. We bouwden langzaam maar zeker een vertrouwensband op en ik merkte dat ons contact meer en meer wederkerig en gelijkwaardiger werd: ik haalde ook heel veel uit ons contact en daarnaast hadden we ook veel plezier met elkaar.
Raar of juist niet raar
Vaak was het een feest van herkenning en was er niet meer nodig dan het besef dat we allebei door hetzelfde proces heen gaan en dat we beiden even ‘raar’ of juist niet raar zijn. Hoewel we elkaar nog nooit gezien hadden en qua leeftijd enigszins verschillen, ontstond er een prettig gevoel van verbondenheid tussen ons. Naast de grotere issues deelden we ook de kleine dagdagelijkse dingen. De dingen waar het in het leven eigenlijk om gaat.
Gisteren heb ik haar voor het eerst in levenden lijve ontmoet. Het voelde een beetje als een eerste ontmoeting met iemand met wie je online al heel lang contact hebt, inclusief de daarmee gepaard gaande angst dat het in werkelijkheid zou kunnen tegenvallen. Het vreemde gevoel dat iemand je heel vertrouwd is, terwijl je die persoon nog nooit hebt gezien.
Zoveel meer
Vanaf het moment dat ik haar zag viel die angst weg: ze was precies diegene die ik al kende, en nog zoveel meer. Ik genoot ervan om haar nu echt te zien en haar aanblik en expressie in me op te nemen en ik was onder de indruk van haar kracht en eigenheid. We praatten honderduit en wat we niet zeiden, werd zonder woorden ook gezegd. Naast serieuze onderwerpen giechelden we samen om gemeenschappelijke gekkigheden, die je uiteindelijk maar beter kunt omarmen dan veroordelen.
Ik voel me dankbaar dat we elkaar hebben gevonden, een geluk bij een reeks even onfortuinlijke als onrechtvaardige ongelukken. Het besef dat ellende, hoe onrechtvaardig en vernietigend ook, kan leiden tot mooie dingen, en dat gedeelde smart soms halve smart is. Dat we beiden van onze gekwetstheid onze kracht aan het maken zijn, met als kers op de taart deze vriendschap. Dat er uit zoveel lelijkheid zoiets moois kan ontstaan.