Een ongepaste oorlog

David Kabel 2 nov 2020

Voor iedereen is de huidige chaos nieuw, ook voor politici. Omdat ze niet goed weten welke woorden ze moeten gebruiken, kiezen ze termen uit de oorlog: “De frontlinies van de zorg” en “De oorlog tegen COVID-19” zijn een paar voorbeelden.

Mark Rutte wordt regelmatig neergezet als “De Generaal” en COVID-19 als “de vijand” waartegen “gestreden moet worden”. Willem Engel, oprichter van de protestgroep Viruswaanzin, heeft het verplicht dragen van een mondkapje meermaals vergeleken met het dragen van een Jodenster.

Rustig wachten op betere tijden

In sommige opzichten lijkt de pandemie inderdaad op een oorlog. Het virus is inmiddels verantwoordelijk voor een indrukkend sterftecijfer en een deel van de bevolking, de zogenaamde risicogroep, verkeert constant in levensgevaar. Er heerst angst en onzekerheid, en in de media gaat het enkel nog om COVID-19. De overheid heeft draconische maatregelingen genomen waardoor onze vrijheid flink is ingeperkt en vrijwel alle aspecten van het dagelijks leven zijn aangetast. Evenals in een oorlog heeft niemand controle over het verloop van de pandemie. Burgers kunnen niets anders doen dan waar mogelijk verder gaan met het dagelijks leven en rustig te wachten op betere tijden.

De parallellen tussen de pandemie en een oorlog zijn duidelijk, maar tegelijkertijd loopt de vergelijking scheef. Daar waar in een traditionele oorlog jongeren ver van huis worden gestuurd om de ouderen te beschermen, worden jongeren nu juist gedwongen om thuis te blijven, om diezelfde reden. In een conflictzone zijn er geen wetten en heerst het recht van de sterkste. Tijdens deze crisis is dat andersom: COVID-19 heeft bewezen dat het beschermen van de kwetsbaren zo belangrijk is dat desnoods de gehele samenleving moet worden platgelegd.

Sterftecijfer onvergelijkbaar

Zonder af te willen doen op de tragiek van het leed COVID-19 heeft veroorzaakt, is het sterftecijfer van COVID-19 onvergelijkbaar met het sterftecijfer van grootschalige oorlogen uit de twintigste eeuw. Er worden geen steden platgebombardeerd, er zijn geen plunderingen en is er is geen mondiale hongersnood door de pandemie. Het ene leed is het andere niet, en vergelijkingen daarin zijn zinloos. Een pandemie met een oorlog vergelijken is daarom misleidend en misplaatst.

Daar komt bij dat het gebruik van oorlogsterminologie door politici en journalisten onnodig veel angst zaait. Spreken over een mondiale gezondheid- en economische crisis dekt de inhoud beter. Dat impliceert dat de oorzaak van de grootste mondiale crisis in 70 jaar geen oorlog is maar een hardnekkig virus. Die constatering is een positiefs lichtpuntje in een verder negatieve nieuwsstroom.