Broodnodig

Denise Hagmeijer 3 apr 2020

Wij Nederlanders houden ervan om in tijden van problemen meteen in oplossingen te denken. Oplossingen om de controle terug te pakken in de trant van actie is reactie en gaan met die banaan. Dat kan heel nuttig en uitermate prettig zijn, maar in sommige gevallen slaan we daarmee een belangrijke stap over. De stap van verwerking van het verlies aan controle. En dat is me nogal wat in deze crisis. Want we hebben jarenlang geleefd in een maatschappij waarin we dachten dat we alles in de vingers hadden. Maakbaarheid ten top. En zo leefden we erop los.

Nu staat ons leven sinds drie weken totaal op zijn kop. Alles is anders. Helemaal contra. Was er eerst een grote mate van voorspelbaarheid, structuur en een gevoel van eigen regie, is het nu onrustig, onzeker, onduidelijk en hebben we even geen invloed. We blijken toch maar met zijn alleen kwetsbare wezens te zijn.

In de ban van het virus wacht iedereen tot de piek geweest is, in de hoop daarna het normale leven weer op te kunnen pakken. Alle sociale contacten staan in de wachtstand: van werk tot familie, van vrienden tot sportmaatjes, van schoolpleinpraatjes tot een supermarkt-babbeltje. De Albert Heijn in onze wijk verkondigde via facebook dat sociale kletspraatjes niet worden toegestaan in de supermarkt in deze tijden. Ook niet wanneer de 1,5m in acht worden genomen.
Voor de verspreiding van het virus is dat uiteraard een goede zaak. Maar voor de psychische toestand van de mens, lijkt me dat een minder beste. Juist nu – een tijd waarin de bodem onder onze voeten is weggeslagen – hebben wij sociale dieren juist behoefte aan steun, chitchats, humor en een eitje lozen zo af en toe. Want hierdoor kunnen we spiegelen, relativeren, delen en verbinden. Dat is een essentieel onderdeel van de menselijke veerkracht. En dat belangrijke ingrediënt lijkt voor een groot deel weg te vallen. Alles is serious business. Maar op een sociale manier met elkaar omgaan, is dat ook. Ik pleit dan ook voor sociale babbels met physical distancing. Dat klinkt toch een stuk beter? Hoe fijn zou het juist in deze tijden zijn als we op 1,5 meter afstand toch even een kletspraatje kunnen houden met de bakker, de slager, de caissière, een kennis of de buurvrouw? Gewoon. Niet omdat het kan. Maar omdat het eigenlijk broodnodig is!