(deze column heeft geen titel)

De vader, die al vroeg opstond om naar zijn werk te gaan. Voordat hij in de auto stapte, nog even bij zijn kind langs. “Doe goed je best, ik zie je vanavond weer.” Op dat moment niet beseffend dat er voor zijn kind geen “vanavond” meer zal zijn.

De moeder, die in de weer was met het ontbijt en de lunchpakketten. Nog een laatste kus en een knuffel, voordat dochterlief naar school gaat. Op dat moment niet wetend, dat dochterlief school nooit zal bereiken.

Het kind, dat de school wél bereikte, met een lege stoel naast zich. De leerkracht, die het kind moet vertellen dat de stoel naast hem voor altijd leeg zal blijven.

De hulpverlener, op weg naar de plek des onheils. Bekend met ongelukken en ongevallen, maar nu op weg naar een aanblik die waarschijnlijk nooit meer zal wennen.

De politieagent, die vergeefs probeert het drama zo zakelijk mogelijk te beschrijven.

De burgemeester, zoekend naar de woorden om de inwoners van haar stad een hart onder de riem te steken.

De machinist van de trein, die het allemaal aan ziet komen en er niets meer aan kan doen.

Al die mensen die bloemen zijn komen leggen, die zich proberen een beeld te vormen hoe het is om je kind op zo’n gruwelijke wijze te verliezen.

En de schrijver van deze tekst, die ondanks alles gewoon probeert te doen wat die altijd deed. Terwijl ik deze woorden zo schrijf, betrap ik mijzelf op harteloosheid. Op onverschilligheid. Op stoïcijns doorleven alsof er niets is gebeurd. Maar het drama houdt me wel degelijk bezig. Ik kan het niet laten gaan of loslaten. Dat ene liedje zit in mijn hoofd, “de stilte valt zo hard”. De naam van de uitvoerende, “Van Dik Hout”, het geeft me een beklemmend gevoel. Ik grabbel tussen de cd’s. Maar ik krijg het nummer niet te pakken. Want er zit iets in de weg. Dat album daarnaast. Ik knijp ineens mijn ogen dicht en vind me even later in huilen uitbarstend op de bank.

Ik zie de titel van die plaat en besluit om mijn column geen titel te geven. Want het woord "titel" associeer ik met iets dat je hebt na het leveren van een prestatie, niet met het leed na een immense tragedie.

“Vandaag alleen maar winnaars”. Op 20 september 2018 waren er alleen maar verliezers.