Geheim

A Mused Mind 10 mei 2017

De eerste keer dat ik Cluedo speelde, kan ik me nog zo voor de geest halen. Ik was elf jaar, en keek verwonderd naar de speldoos die ik uit de boekenkast van mijn neef haalde. Hij legde me het spel uit: dokter Black was dood, en wij moesten uitzoeken wie het gedaan had. Ik zag het al op de doos: die Kolonel Mustard was voor geen haar te vertrouwen. Het spelbord werd opengelegd.
Een klein halfuur later bleek mijn vermoeden te kloppen, er waren nog maar 3 verdachten over, waaronder de kolonel. Ik gooide met de dobbelsteen, maar voor ik kon kijken of ik de keuken in kon, schreeuwde mijn tante dat het eten klaar was. Opruimen, en naar beneden. Nu, zo veel jaren later, knaagt het nog altijd dat ik niet met zekerheid kon zeggen wie dokter Black om het leven bracht. Mijn vermoedens waren gegrond, maar zo lang ik zijn naam niet op het laatste kaartje had zien staan, was de kolonel onschuldig. Nooit zou ik het weten. Het intrigeert me, na al die tijd, nog minstens evenveel.
Hetzelfde gevoel overkwam me tijdens het proces van de kasteelmoord, zeg maar Cluedo-in-het-echt. Nu ik weet dat André Gyselbrecht de opdracht gaf, zou ik me opgelucht moeten voelen. Ik zou het van me af moeten kunnen zetten, een afgesloten hoofdstuk en zo. Dat is allerminst het geval. Ik vond het wel iets hebben, de gedachte dat we het nooit zullen weten. Enkel Andre, die een heel leven lang met een gigantisch geheim leeft. Zo moeten de eerste maanden van een zwangerschap er ongeveer uitzien, volgens mij. Iedereen wilt het weten, maar jij lost niets. Ik kan me zo voorstellen hoe het er zou uitgezien hebben: Andre gaat op een terrasje zitten, bestelt een pintje, en ziet iedereen naar hem kijken. Ze fluisteren. Voorzichtig, want je weet het natuurlijk nooit. Andre geniet. Hij glimlacht. Niemand begrijpt waarom hij dat doet, ze proberen iets af te lezen.
Dit is zijn geheimpje. Iets wat alleen hij weet. Dat gevoel heeft Andre Gyselbrecht nu voor mij verpest. En vooral ook voor zichzelf.