Juffies, laat zien hoe ‘zomers’ precies netjes is!

"Deze kunnen denk ik wel, het zijn toch sandaaltjes?". Twee studiegenoten bespreken, na het zien van mijn veredelde slippers, de geschiktheid van mijn schoeisel voor ons werk als docent in het voortgezet onderwijs. Voor het eerst dit studiejaar brengen we een warme dag door op de universiteit en hun mentor heeft de gelegenheid blijkbaar aangegrepen om een duidelijk kledingadvies te geven: geen bloot! Ik draag het jurkje dat ik zaterdag op het laatste moment wisselde voor een korter exemplaar, want: te truttig voor een feestje. Op De Uithof kan het daarentegen prima. Toch kijk ik vertwijfeld naar mijn blote benen. Mag dat niet voor de klas? "Ze zei ‘geen blote benen’, maar met deze lengte kan toch niets mis gaan?". Een van de meiden wacht op mijn reactie. "Ik zou eigenlijk juist voor blote benen gaan", geef ik toe.

Terwijl ik in de trein zit raak ik steeds meer overtuigd van hetgeen ik gezegd heb. Ik zie de meiden uit mijn klassen voor me. Morgen komen ze op een nieuwe warme dag mijn lokaal binnen. De helft ongetwijfeld in een ietwat kort broekje, rokje of jurkje. De een schrijdt waarschijnlijk statig over de drempel, haar mooie lange benen beurtelings zelfverzekerd uitgestrekt. Een ander danst misschien de ruimte binnen, schuddend met haar billen omdat Drake tijdens de lokaalwisseling nog net het eerste refrein van ‘One dance’ heeft gehaald. Het leukst zijn de meisjes die een beetje ongemakkelijk hun te korte kledingstukken omlaag trekken, met een frequentie die gedurende de dag lijkt toe te nemen. Er wordt van mij in zoveel gevallen verwacht dat ik deze meiden een voorbeeld geef, waarom zou ik dan nu lijnrecht tegenover hen gaan staan? Een lange broek doen zij bij 25 graden echt niet aan en ik geef ze groot gelijk. Natuurlijk moeten ze leren dat hotpants niet geschikt zijn voor iedere setting en zeker niet in combinatie met een crop top. Wie beter dan hun vrouwelijke docenten kunnen nu laten zien hoe zomers precies netjes is?

In school wil ik mijn leerlingen een compliment kunnen geven over hun kleding en wanneer ik dezelfde meiden tijdens een zomerse zondag op het terras zie zitten, wil ik me niet hoeven schamen als ik een kort broekje draag. En als dan bij het weggaan blijkt dat de strepen van een rieten stoel in mijn benen staan, mogen ze daar hard om lachen. Dan wil ik naar ze kunnen knipogen en zeggen: "morgen weer keurig hè!".