toekomstnostalgie

perUmbram 7 okt 2015

Ja, het was toen zo heerlijk onduidelijk. We waren (nog) geen natie (meer). Ik weet nog: er was vrij verkeer. Hitte kwam noordwaarts, stormen woedden zuidelijk. En de wereld brandde aan onze voeten en telkens als we haar as hadden opgepot klaagden wij – "ach, was deze hel haar lot?" – en masse in zelfvereeuwigende stoeten. De schuldvraag over alles was abstract want wij duldden veel want er waren weinig grenzen (die wij duldden dan van onze medemensen). Zo hielden oude ordes zich intact.

De lijken spoelden aan de dijken radicaliseerden toen elk lichaam als gelijke binnen werd gehaald. Velen van ons waanden zich meer en meer verdwaald in de wereld die voor/door ons heen globaliseerde. De media verdraaiden onze vragen; ze wisten niet welke termen of welke taal. Maar dat wist eigenlijk niemand meer. Ja, het was verrukkelijk onduidelijk.

Enfin. Een nieuwe lente kwam met nieuwe macht en doodsangst en paniek in niet te verre staten en hier groeide de onrust in de straten. De lente liet ons zweten in de nacht. De vijanden – of vijand (die betwist was) of-t-ie Slavisch was, Semitisch of Oeraal – de dreiging leek reëel van allemaal – of het Rusland is, IS is of ISIS was.

We hielden ook toen veel van onze naasten. Zelfs zij zaten nu ook globaal verspreid. In wie écht de naasten waren in die tijd hoorden wij de galm van onze haat weerkaatsen. We dachten ook best vaak aan het verleden, maar duidelijk was ook dat allerminst. De slaaf van weleer haalde nu de winst terwijl de held van toen nu was omstreden.

De saldo’s waren opgemaakt, een kloof in de balansen van goed en slecht en wit en zwart maar ook van nep en echt en hoofd en hart en noord en zuid en armoe versus kansen.

Het is zo slecht voorstelbaar, vanuit nu dan dat links en rechts slechts holle statements waren en hiv en kanker ongeneeslijk waren en dat we toen verdrietig reageerden op de bevestiging dat wij vleselijk waren en dus sterfelijk bleken en tot as wederkeerden.

Ja, we zullen nu altijd blijven leven dus hetzelfde systeem zal steeds blijven ontstaan. Wij mensen zijn toch zó gewoon onszelf gebleven — van tiranieën kunnen we op aan.

Ja toen stond nog de vraag centraal en niet de zware zekerheid. Ik voelde me verward en angstig, gestoord en verdwaald in die goeie ouwe tijd.