Een vis kan vliegen
Dat was weer een intensieve dag op de Bildung Academie. Een academie in Amsterdam die studenten stimuleert maatschappelijk betrokken te zijn en zich persoonlijk te ontwikkelen. De een noemt ons een elite clubje. Bij de ander staan wij bekend als de bierdrinkende nietsnutten op Roeterseiland, de campus van de UvA. Het zij zo. Dit half jaar krijg ik het onderwijs dat ik tijdens mijn bachelor Geneeskunde heb gemist. Onderwijs dat voedt en waar je tegelijkertijd honger van krijgt. Toevlucht hoopte ik te vinden bij mijn zus, aan de andere kant van ’t IJ. En een bord lasagne.
Als Rotterdammert in Amsterdam, liep ik verdwaald in mijn gedachten, dwalend door de stad. Luisterend naar mijn gevoel wist ik: richting water en haven is altijd goed. Uiteindelijk kwam ik bij het pontje aan. Ik had ‘t geluks-IJ gevonden.
Op het pontje zag ik twee kinderen. Een jongen van drie en een meisje van vijf jaar. De vader was weg, in gedachten. Moeder leek niet nabij. Het was dan ook niet zij, maar de zus die haar kleine broertje bij de hand nam. De kinderen zochten naar ruimte om met elkaar te spelen. Achter een grote, opzichtige, midlifecrisis-motor met een stinkende uitlaat was nog plek. Het meisje pakte haar broertje om zijn middel en tilde hem op. Ze zei: “Jij bent helemaal niet zwaar. Sla je benen om me heen, dat voelt lekker!” Ze speelden met elkaar. Het leek wel een dans. Om hen heen werd geglimlacht.
Ik verlangde. Een verlangen naar hun wereld die bestaat uit hem en haar en niet meer. Een plek waar je niet de haast en ongeduld van de mensen om je heen voelt, geen gevaren kent en er niet op je wordt gelet. Een vis kan vliegen. Gras is lekker. En je vader is de liefste.
Maar langzaam verandert de wereld om je heen. De vis kan opeens niet meer vliegen. Gras mag je niet meer eten en vader blijkt niet zo’n beste man. Je leert dat het op spitzen dansende vriendje toch niet zo cool is, dat mensen niet naar elkaar luisteren, dat het draait om geld en om macht, dat je moet presteren en mensen moorden.
We groeien op in een wereld in transitie. Hoe wij ons daartoe verhouden, is een van de onderwerpen van het Bildung onderwijs. Wanneer mijn belevingswereld precies veranderde, weet ik niet meer. Misschien begon het toen papa zei: ‘Kijk je uit voor die motor?’.