De vrouw, het leidend voorwerp van lijden vervolg

In tweede instantie 13 apr 2015

Het zijn barre dagen voor de vrouw van de FC Groningen supporter. Ooit schreef ik een column genaamd; ‘De vrouw, het leidend voorwerp van lijden’. Nadat mijn club zich gisteravond plaatste voor de finale van de beker krijgt die titel te maken met de overtreffende trap. Hiervoor had de vrouw nog slechts de ietwat oneerbiedige taak de met plakken gras en moddervlekken beklede voetbalkledij van manlief te wassen. Niet veel vaker dan eens per week mocht mevrouw aan treden met een geopend flesje bier en/of een schaaltje droge borrelnootjes. Dat manlief op zondag vaak niet meekan naar zijn schoonouders neemt zij ook maar op de koop toe, doe je niets aan. De voetbalsupporter stelt alles in het teken van de belangrijkste bijzaak van het leven, voetbal.

Vanaf vandaag is dat allemaal anders, de voetbalman zal zijn vrouw meer gaan behagen dan ooit tevoren. Natuurlijk gaat hij zonder morren op bezoek bij zijn schoonouders en laat de vrouw zelfs plaats nemen achter het stuur. ‘Zal ik een wijntje voor je in schenken lief?’ zullen mannen in de gehele provincie bijna dagelijks hun vrouw vragen, om er vervolgens een lief koosnaampje aan toe te voegen. Het woord voetbal komt helemaal niet meer voor de komende weken. Het is de gewiekste sluwheid van de supporter die de vrouw niet zal herkennen. De voetbalman is hier, getuige zijn gehele mogelijkheid tot het hebben van desbetreffende hobby, bedrevener in dan zijn vrouw door lijkt te hebben. Hoe kan het anders zo zijn dat hij zoveel kan maken, dat wanneer er Champions League voetbal op de beeldbuis te zien valt de vrouw gunnend haar man de ruimte biedt.

Vanaf vandaag koopt de supporter van onze FC weer eens een fleurig bosje bloemen voor zijn vrouw, geeft haar een liefdevolle schoudermassage zonder dat ze erom vraagt en kookt eens wat vaker haar lievelingsprakkie. Alles voor die ene dag, de bekerfinale, de dag die de geschiedenisboeken in zal gaan als dé weder-emancipatie van de man. Op drie mei halen de mannen hun kloten weer ijverig en al even mannelijk tevoorschijn. Massaal en op primitieve wijze treden de mannen op die dag naar voren om hun kont te verroeren naar het mooie Rotterdam. Daar waar het allemaal zal gaan gebeuren, de finale om de beker tegen PEC Zwolle. De man bekent kleur en stopt de grootste rol van zijn leven om zijn tweede liefde op de eerste plek te zetten, FC Groningen