Helmut de Hoogh
Helmut de Hoogh Binnenland 24 jan 2020
Leestijd: 7 minuten

Rotterdam laat zich zien op IFFR

Honderden films uit de hele wereld worden de komende weken vertoond op de 49e editie van het International Film Festival Rotterdam (IFFR). Ook voor liefhebbers van Rotterdam is er veel te genieten. Van biertjes zuipen op Zuid tot ruzie in het Bergse Bos of nagenieten van Feyenoords Europacup.

Een beetje onwennig maar trots staan twee twintigers in de foyer van de Rotterdamse bioscoop KINO. Zojuist is op de persdag van het IFFR de film Drama Girl vertoond. Rotterdammer Vincent Boy Kars is de maker en Leyla de Muynck de Amsterdamse actrice met wie hij een bijzonder experiment is aangegaan. In de film bespreekt Leyla met de regisseur dat ze samen haar levensverhaal gaan verfilmen. Vervolgens leidt de regisseur haar naar een woning die haar ouderlijk huis moet voorstellen. Leyla schrikt als ze binnen topacteurs Pierre Bokma en Elsie de Brauw op de bank ziet zitten. Zij zullen haar ouders spelen. Zo ontspint zich een sterk dramatisch verhaal waarin Leyla en de kijker zich voortdurend afvragen wat er geacteerd is en wat echt.

De regisseur vraagt nogal wat van zijn hoofdrolspeelster. Aanzitten bij het dode lichaam van haar opgebaarde vader valt haar zwaar. En onder de douche vrijen met een acteur die je ex speelt, is ook niet eenvoudig. Achteraf vertelt Boy Kars dat hij de film met Leyla wilde maken, omdat haar levensverhaal zoveel overeenkomsten heeft met zijn eigen geschiedenis. Ook hij verloor een ouder en merkte dat daardoor zijn relatie onder druk kwam te staan.

Net op tijd

Ook Rotterdam komt in beeld, veel scènes zijn hier opgenomen, zoals bij de voormalige drinkwatergebouwen van De Esch, de Binnenrotte en in het Lage Bergse Bos. Die laatste opnamen hebben nu al historische waarde. Boy filmde vlak voordat het merendeel van de bomen werd gerooid vanwege de aanleg van een snelwegtunnel. Kars: “Net op tijd dus.”

Drama Girl van Vincent Boy Kars wordt onder meer vertoond op IFFR’s Rotterdamse filmdag RTM.

Rotterdamse makers in de spotlights

Op de eerste vrijdag van het filmfestival, op 24 januari, staan op de Wilhelminapier in LantarenVenster van 12.00 tot 00.00 uur Rotterdamse makers in de spotlights. Het wordt een dag met lange en korte films, videoclips, talkshows, kunst en feest op zijn Rotterdams, zo vertelt organisator Cathelijne Beijn. Er worden klassiekers vertoond van bijvoorbeeld Rotterdammer Dick Rijneke en ook nieuwe, korte films van onder meer Rauwkost-Collective. Ook zijn er vertoningen en een talkshow over het 48 hour-project, werk van studenten van de Willem de Kooning Academy en samenwerkingen met Rotterdams Open Doek, het Stadsarchief en Rotterdam Off Screen.

Still uit de film Drama Girl

Eerbetoon Deelder

Als postuum eerbetoon zal de op 19 december overleden Jules Deelder dikwijls in beeld zijn. Beijn: “Bijvoorbeeld in de uitgebreide special over Bob Visser, een belangrijke filmmaker voor Rotterdam.” Visser bracht niet alleen de stad Rotterdam vaak in beeld, maar ook de Rotterdamse kunstscene van de jaren 70 en 80. Een aanrader is zijn film Het veld van eer uit 1983 over een horrorhuwelijksreis van ene Ada, vertolkt door een jonge Loes Luca. Deelder werkte niet alleen mee aan het scenario, maar had ook een bijrol als in het zwart geklede man. Ook wordt Bob Vissers Mijn leven als Deelder uit 2012 vertoond. Vooraf is er een gesprek dat geleid wordt door Winfried Baijens (NOS Journaal) met als gasten onder anderen Loes Luca en de Rotterdamse dichter Rien Vroegindeweij. De korte film Portret van Olivia de Havilland van de Rotterdamse regisseuse Sonia Herman Dolz gaat over Deelders 891 regels tellende gelijknamige gedicht. Dat wordt voorgelezen door 26 performers, waaronder Deelder zelf, Abdelkader Benali, Loes Luca en Wilfried de Jong. Ook wordt de documentaire Jazz is my religion van Gerard Wessel vertoond, waarin Deelder is te zien met zijn vrienden Bart Chabot en Hans Dulfer.

200 dollar

Een van de gasten op de Rotterdamdag is kunstenaar Woody van Amen. Hij laat zich door Frank van Dijl interviewen over de korte documentaire Pop Secret. Met 200 dollar op zak vertrok Van Amen in 1961 per vrachtschip vanuit Rotterdam om in New York te gaan wonen. Daar ontmoette hij grote kunstenaars als Andy Warhol. Vol inspiratie kwam hij terug, waarna hij in zijn Kralingse atelier een onafgebroken stroom popart produceerde.

Verbroedering van havensteden

Tijdens RTM is er in LantarenVenster een wereldpremière van de Rotterdamse filmmaker en beeldend kunstenaar Gyz La Rivière. In 2013 nam hij zijn geboortestad al onder de loep in Rotterdam 2040. In zijn nieuwe film New Neapolis richt hij zijn blik ook op andere havensteden. Bij de film hoort een tentoonstelling, die in TENT is te zien. Beijn: “Gyz kijkt ontzettend goed naar hoe de stad zich ontwikkelt. Dat doet hij op zijn eigen manier. Gyz ziet connecties die anderen niet maken, hij heeft daar een bijzonder oog voor. Nu maakt hij die verbindingen zelfs over de grens. Als je deze film hebt gezien, zul je Rotterdam, Napels, Liverpool en Marseille voor altijd op een andere manier bekijken.”

New Neapolis blijkt een indrukwekkend bombardement van vergelijkbare indrukken uit de vier havensteden. Vol van bijzonder archiefmateriaal, afgewisseld met actuele beelden en tal van beeldgrapjes. Een voorbeeld is het commentaar van La Rivière dat Rotterdam zich niet meer hoeft te verdedigen nu de stad zo mooi is geworden. We zien dan een boksende Bep van Klaveren. La Rivière wil een nieuw verbond creëren, een broederschap van vier havensteden. “Zo is de Europese Unie ook begonnen. We zijn alle vier de tweede of derde stad van het land. We delen het clichématige calimerocomplex: minderwaardigheidsgevoelens gekoppeld aan trots.”

De 29-jarige Loes Luca in Het veld van eer uit 1983

Pluk-de-dag-mentaliteit

De film is een ode aan de inwoners en hun diversiteit, aan de rauwe buurten met hun eigen

straatcodes. Een speciale voorliefde heeft La Rivière voor steegjes, die in Rotterdam grotendeels verloren zijn gegaan. Zo woonde zijn betovergrootvader in de Zandstraatbuurt waar nu het stadhuis en het oude postkantoor staan. De regisseur maakt zich druk over mensen die in elk van de vier steden uit hun huizen worden gejaagd door renovatieprojecten en hogere huren. “Daarom zijn we ook gaan filmen in de Tweebosbuurt.”

La Rivière is kritisch, maar biedt ook hoop, omdat we van de andere drie steden kunnen leren. Zo leeft Napels met de dreiging van de bekende vulkaan Vesuvius en de minder bekende Flegreïsche Velden, waarvan de gevaarlijke Solfatara-vulkaan deel uitmaakt. “Wij hebben immers Pernis en de Botlek. Elke dag kan de laatste zijn. Die pluk-de-dag-mentaliteit zouden we best wat meer mogen tonen.”

Biertje op Zuid

Niet te zien op de Rotterdamse filmdag RTM, maar wel op andere festivaldagen: de film Beer van de Rotterdamse kunstenaar Erik van Lieshout. In 2018 won hij de Heinekenprijs voor Kunst ter waarde van 100.000 euro. Van Lieshout: “Die prijs moet je in het werk steken. Ik ging ermee aan de slag in de vorm van een film.” Ook op het IFFR is hij genomineerd voor een prestigieuze prijs: de Ammodo Tiger Short Competition. Zo’n negen maanden is Van Lieshout bezig geweest met zijn zeer persoonlijke, creatieve proces. Dat gebeurde bij hem thuis aan de rechter Maasoever, in zijn atelier op Zuid en zelfs tijdens een reis naar Tanzania. Daarna volgden nog vier maanden van montage en vertoningen in musea, onder meer in New York en Berlijn. Maar de wereldpremière op een filmfestival is in Rotterdam.

Seksleven en Heineken

In Beer vindt de kunstenaar thuis een bank in Heineken-groen, maakt ruzie met het personeel van de Gele Kanarie aan de Goudsesingel, vertelt over zijn seksleven en laat zich rondrollen in een gigantisch blik bier. Dit alles om als kunstenaar te reageren op Heineken-bier. Met tekeningen, woorden, een zaag, wat hij maar kan verzinnen. Hoewel Van Lieshout al 10 jaar geen druppel alcohol heeft genuttigd, moet er voor de kunst ook bier worden gedronken. “Jezus, wat is dat lekker. Ik raak enorm ontspannen van dat bier”, constateert hij in zijn film. De negatieve kanten van Heineken-bier komen ook aan bod, onder meer met opgeschreven associaties als ‘dronken’ en ‘verslavend’. Daarbij test Van Lieshout hoe het smaakt als er ‘urine’ op het bierglas staat.

Geen rooie cent

Ook blijven de Afrikaanse promotiemeisjes niet onvermeld. Sommigen worden lastiggevallen onder werktijd en prostitueren zich aan Heinekenklanten. Als Van Lieshout zich in de krant uitlaat over de lelijke kanten van Heineken, heeft het persbureau van de bierbrouwer het daar erg moeilijk mee. Van Lieshout: “Het scheelde maar een haartje of ik had daardoor het hele project stilgezet.” Toch is de kunstenaar mild zich tegenover de brouwer. Natuurlijk moet hij altijd onafhankelijk en kritisch kunnen zijn. Maar, vindt hij, “die prijs is een teken dat het goed gaat met je werk. Alle bedrijven zouden zo’n kunstprijs moeten uitreiken. Het is niet goed als vooral de staat geld voor kunst beschikbaar stelt. Een bedrijf als Philips zou ook zoiets moeten doen. Als kunstenaar heb je geen rooie cent. Zo’n prijs is fantastisch.”

International Film Festival Rotterdam, t/m 2 februari, RTM-dag in LantarenVenster, 24 januari, meer info: iffr.com.

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.