Cerise van Vliet
Cerise van Vliet Nieuws 28 dec 2017
Leestijd: 4 minuten

Steeds vaker gehoord: de Engelssprekende kleuter

Een kleuter die Engels, Frans, Duits of Spaans leert. Het idee is zo gek niet meer. Naast de ingeburgerde taallessen op de middelbare school, krijgen ook steeds meer kleuters een vreemde taal voor de kiezen. Het aantal basisscholen dat kleuters lesgeeft in Engels, Duits, Frans of Spaans is in tien jaar tijd zelfs verzesvoudigd, schrijft het AD op basis van cijfers van Nuffic.

Nuffic is de Nederlandse organisatie voor internationalisering van het onderwijs. Zij stellen dat steeds meer scholen de voordelen zien van het vroeg aanleren van een tweede, derde of misschien wel vierde taal. Op dit moment zouden ongeveer 1200 basisschool leerlingen al in een vroeg stadium een tweede taal aangeleerd krijgen. Tien jaar geleden waren dat er nog geen tweehonderd.

Internationale blik

Basisscholen zouden zich genoodzaakt voelen de leerlingen een internationale blik mee te geven. Dat doen ze door de wereld digitaal heel toegankelijk te maken voor de kleuters. Door bijvoorbeeld eTwinning kunnen de leerlingen tekstjes en andere creatieve werken delen met kinderen over de hele wereld. En alhoewel de vroege taallessen een logisch gevolg van globalisering lijken te zijn, is er veel kritiek.

Vanaf 1986 is Engels een verplicht kernvak voor leerlingen van groep 7 en 8. Samen met Nederlands en rekenen/wiskunde zijn dit de drie vakken die elke basisschoolleerling verplicht volgt tot hij/zij de overstap naar de middelbare school maakt. Dat Engels belangrijk is voor leerlingen op Nederlandse scholen, wordt vaak onderbouwd door onze positie als handelsland.

Handig

Nederland exporteert heel wat goederen en diensten naar omringende landen. Deze internationale positie kun je natuurlijk veel gemakkelijker onderhouden met leerlingen die een woordje over de grens spreken. Daarnaast is Engels officieel een wereldtaal, zodat je bijna overal wel uit de voeten kunt en de grenzen vervagen. Wij vinden het heel normaal om van alles uit het buitenland mee te krijgen in deze digitale wereld en ook daarvoor is een tweede taal altijd handig.

Maar nu lijken de lessen in vreemde talen steeds eerder gegeven te worden. Kleuters oefenen met de Engelse, Franse, Duitse en Spaanse taal. Is dat nodig? De Tweede Kamer heeft zich over deze kwestie gebogen. In het licht van dit debat verscheen in het NRC een artikel waarin verschillende onderzoekers aan het woord komen.

Geen voorsprong

Samen komen zij tot de conclusie dat jonge kinderen langzamer een vreemde taal leren dan oudere kinderen. Chris Phielix, Eke Krijnen en Alessandra Corda doken voor het Expertisecentrum Moderne Vreemde Talen van de Universiteit Leiden in de enorme hoeveelheid internationale, wetenschappelijk bronnen over het leren van een vreemde taal op jonge leeftijd. Uit geen een van deze studies zou naar voren komen dat jonge kinderen sneller of beter de vreemde taal oppakken dan oudere kinderen.

Wie vroeg begint krijgt natuurlijk wel meer lessen, want daar is meer tijd voor. Maar deze lessen blijken niet genoeg om de kinderen die op latere leeftijd starten voor te blijven. Die leren nu eenmaal sneller. De gegevens uit dit onderzoek zijn gebaseerd op voorbeelden uit Canada, Zweden en Spanje, waar leerlingen wel al op zeer jonge leeftijd een tweede taal leren.

Onzin

Daarmee lijkt het jong starten met bijbrengen van een extra taal dus volkomen onzinnig. Waarom zijn er dan toch steeds meer scholen die voor dit idee zwichten? Dat komt omdat deze drie onderzoekers niet de enigen zijn die zich bezighouden met taalontwikkeling van jonge kinderen. Bosjes andere onderzoekers vonden namelijk dat jonge kinderen dan wel niet direct de taal beter leren, maar hun emotionele houding tegenover een vreemde taal wel in positieve zin verandert.

Verschil

Onderzoekers Amanda Barton (School of Education, Manchester), Joanna Bragg (School of Education, Manchester) en Ludovica Serratrice (School of Psychological Sciences, Manchester) verdelen kinderen bijvoorbeeld in twee ‘leergroepen’. De kinderen in de eerste leergroep zijn minimaal 5 jaar oud en bij hen gaat het erom dat ze doorkrijgen dat er in ieder geval andere talen bestaan en een gevoel krijgen hoe taal werkt. Pas als je ouder bent, in de tweede leergroep, gaat het echt om het instrumentele leren van de taal zodat je deze ook kunt toepassen.

Zelfde niveau

Daarnaast is de overheid al jaren bezig met verschillende plannen om basisschoolleerlingen met hetzelfde Engelse taalniveau ‘af te leveren’ op de middelbare school. Op dit moment beginnen sommige basisscholen heel vroeg met het geven van taallessen, anderen nog steeds klassiek in groep zeven. Het Ministerie van Onderwijs zou dat graag veel gelijker zien.

Het lijkt er dus op dat dit niet zal stoppen bij iPad, smartphone en gamen. Heel veel Hollandse kleuters zouden binnenkort al weleens very good English kunnen spreken.

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.