Arbeidsvloer lijkt wel een indoor speelparadijs

Jordy van Driel 27 mei 2015

Steeds meer bedrijven nemen maatregelen om te bezuinigen. Eén van die maatregelen is om meer oudere werknemers te vervangen voor jonge frisse koppies. Zie bijvoorbeeld de supermarkt, die zo langzamerhand met al die ‘kinderen’ een indoor speelparadijs genoemd kan worden.

De omzet daalt met 0,001 procent en dat is voor een bedrijf de reden om maatregelen te nemen. De postvakjes die leeg zijn worden nog net niet op Marktplaats gezet om meer inkomsten te genereren. Nee, de sterke annex ervaren krachten worden wegbezuinigd voor jong bloed. Op het eerste oog klinkt het positief voor de jongeren die op zoek zijn naar een (bij)baantje. Aan de andere kant haal je een ervaren kracht ofwel een steunpilaar weg.

Waar word je nu beter van? Minder uit hoeven geven aan personeel maar wel meer fouten die gemaakt worden door gebrek aan ervaring. Of ervaren krachten die alles weten en liefde voor het bedrijf hebben maar wat meer kosten. Een mix zou ideaal zijn, want ervaren krachten kunnen de jonge arbeiders opleiden tot sterkhouders. Al kijk je naar de supermarkt, dan zie je dat ze doorgeslagen zijn in het bezuinigen. Zo krijgen jongeren die er langer dan drie jaar werken, geen vast contract meer en worden de ervaren krachten vaak wegbezuinigd, dan wel minder ingezet.

De supermarkt om de hoek bestaat na schooltijd (vanaf 15.30 uur ongeveer) alleen nog maar uit 15-jarige scholieren. Zo conflictvermijdend als ze zijn, want ze zijn immers nog niet gewend om met klanten te communiceren, kijken ze weg wanneer je oogcontact probeert te maken om vervolgens een vraag te willen stellen. Het nodigt niet bepaald uit. Een oudere kracht zou zo’n jonge pieper juist kunnen trainen in het vak.

Over vak gesproken. Zodra de supermarkt wemelt van de tieners, die nog geen achttien jaar zijn, krijg je geen serieus beeld van een supermarkt. Het onserieuze beeld wat je krijgt vormt een 15-jarig jongetje dat met een bierkratje zeult naar pad 4 om vervolgens de bovenste laag van de schappen van de koek te kunnen vullen. Nadat hij dit gedaan heeft, beseft dit jongetje niet dat het bierkratje ook nog even teruggezet moet worden. Hij laat het staan. Niemand heeft er omkijken naar. (Iets wat je niet vanzelf leert, maar waar een ander je op moet attenderen).

Jammer dat tig bedrijven zich laten beïnvloeden door een random uitspraak ‘het gaat slecht met de economie’. Dat heb je namelijk zelf in de hand. Dat geldt ook voor supermarkten.