Ingelise de Vries
Ingelise de Vries Eten & drinken 11 mrt 2019
Leestijd: 4 minuten

Zelfs kippenhouder Ruud doet een weekje zonder vlees

Maandag begint de Nationale Week zonder Vlees. Heel Nederland wordt opgeroepen om de ossenworst en speklapjes even te laten staan en te kiezen voor de vegetarische keuken. Goed voor het milieu én je schijnt enthousiast te worden van de vleesloze gerechten.

„Elke dag vlees eten is echt allang niet meer van deze tijd”, antwoordt bedenker Isabel Boerdam op de vraag waarom ze dit initiatief heeft genomen. „En als je eenmaal een week lang vegetarisch hebt gegeten dan zie je dat het super makkelijk is. Maar veel mensen eten uit zichzelf niet zo snel vegetarisch, dus dan weet je niet wat je ermee moet. De Nationale Week Zonder Vlees laat ze het beste van de vega keuken zien.”

Bewuster eten

Ze vond het toen ze begon vooral heel interessant dat er veel aandacht is voor bewuster eten, vleesconsumptie en het klimaat. „De link tussen vlees en klimaatverandering wordt regelmatig belicht. Ik vond het vreemd dat er vanuit het bedrijfsleven of vanuit de overheid nog geen campagne was opgezet om minder vlees te consumeren, een campagne die echt aanzet tot gedragsverandering. Iedereen is bezig met elektrische auto’s, zonnepanelen en we moeten massaal van het gas af vanwege het milieu. Maar mensen zien over het hoofd dat wat je vanavond aan je vork prikt, óók een verschil maakt.”

Het klopt niet

Dat weet ook kippenhouder Ruud Zanders. „De manier waarop wij dierlijke producten consumeren, is niet houdbaar. In noordwest Europa eten we 70 tot 75 gram dierlijke eiwitten per persoon per dag, in Amerika zelfs 80 tot 85. Terwijl ze in Afrika nog geen 10 gram consumeren en in Azië nog geen 15.” Is het niet vreemd dat een kippenhouder wil dat we minder dierlijke producten consumeren? „Een paar jaar geleden zijn we opnieuw gaan bedenken hoe we met ons bedrijf moesten omgaan. Als je een kilo graan van het land haalt, kun je daar tien mensen mee voeden. Als we het aan de kip voeren, kunnen we er ineens nog maar twee tot vier mensen mee voeden. Dat klopt natuurlijk niet.”

Zanders gaat op zoek naar de logica achter deze productie, maar kan het niet vinden. „Er is een systeem dat in de hele wereld zou moeten kunnen werken. Je benut de vruchtbare grond om groenten en granen te telen, daarmee kun je de meeste mensen per hectare voeden. Onvruchtbare grond, waar alleen gras groeit, gebruik je om een koe of geit in te laten lopen. Daar krijg je melk en vlees voor terug.”

Restproductie

Dan is er nog zoiets als restproductie. Producten waarvoor wij kiezen om ze niet meer op te eten of die we daadwerkelijk niet (meer) kunnen eten. „Maar dan kunnen de varken en kip iets fantastisch wat wij niet kunnen: zij kunnen dat namelijk wél opeten. Daar krijg je dan weer eieren en vlees voor terug. Dat moet werken, er is en wordt ook onderzoek naar gedaan. Tegelijkertijd is het niks nieuws. Mijn opa deed hetzelfde tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ze gaven een varken de resten en als ie na een jaar vet was, werd ie geslacht. Als de hele wereld zo zou werken, heb je voor iedereen twintig gram dierlijke eiwitten per dag.”

Een beetje is oké

Een beetje dierlijke producten is dan ook best oké, vindt ook Boerdam. „Het is echt niet de bedoeling dat iedereen nu ineens fulltime vegetariër wordt. Van de deelnemers van vorig jaar eet 47 procent nu structureel minder vlees.” Een week is wat Boerdam betreft ook ruim genoeg om de vegetarische keuken te leren waarderen. „En bedenk dat je met een keer een vegetarische curry al zoveel impact hebt op de wereld om je heen.”

Als we volgende week maandag weer in de winkel staan voor een stukje vlees, waar moeten we dan op letten? „Dierenwelzijn!”, antwoordt Zanders direct. „Zoals we nu met dieren omgaan kan eigenlijk niet meer door de beugel. We hebben als mensen besloten dat we dieren mogen eten, dat we ze nodig hebben om ons te voeden. Dan vind ik ook dat we zo goed mogelijk voor ze moeten zorgen. Check je vlees, zuivel of ei dus altijd op welzijn. Minder dan drie sterren van het Beter Leven-keurmerk komt er hier niet in. En zelfs die drie sterren vind ik nog te weinig, ook al is het ’t maximum van de Nederlandse Dierenbescherming.”

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.