Koekoek

Carl Schroder 24 jul 2017

Goedemiddag mijnheer, ik kom god brengen
Moet ik daarvoor tekenen?
Tekenen?
Ja, voor ontvangst?
Ik begrijp u niet.
Daar was ik al bang voor, geef maar zo dan..
Geven?
Ja, u komt toch brengen? Dan moet u het geven, anders kan ik het niet aanpakken.
Nee, het is geen pakketje, mijnheer.
Niet?
Nee, natuurlijk niet.
Oh?..
Ik kom god brengen mijnheer.
Dat zei u al, ja. Ik wacht…
U wacht?
Ja, geef maar op, zoals ik al zei.
Ach nee, mijnheer. U moet zich openstellen.
Nou, ik weet niet of dat nou zo’n goed idee is zo open en bloot, en keurt god dat trouwens wel goed?
Ik begrijp u niet.
Daar heeft u vaker last van, valt mij op.
Pardon?
Het zij u vergeven, maar ga verder.
U moet god toelaten mijnheer, hij is mijn herder, hij kan ook uw herder zijn.
Bent u schaap of hond?
Pardon?
Nee, geeft niet, maar wat bent u?
Hoe bedoelt u, ik begrijp u niet.
Ziet u wel, moet u eens naar laten kijken. Bent u schaap of hond?
Ach mijnheer, ik ben toch geen schaap of hond, wat zegt u nu?
Nou, een herder heeft schapen en een hond, dus u mag het zeggen.
Volgens mij neemt u mij in de maling mijnheer.
U kunt gedachten lezen?
Nee, natuurlijk niet, ik ben God niet?
Ach, dat doet hij ook? De gedachten-lezende schaapherder?
Nee mijnheer, god laat wonderen gebeuren.
Goochelaar dus?
Nee mijnheer, god is geen goochelaar, hoe absurd.
Jammer, ik ben gek op goochelaars…
Dat zal best mijnheer maar, ik geloof dat u mij serieus in de maling neemt.
Serieus? Ik zou niet durven..
Ik weet wel zeker van wel, en dat is niet aardig. Ik probeer u enkel te helpen.
Dat is mooi, u kunt me wel ergens mee helpen, ik ben op zoek naar een vogeltje dat twee keer zijn eigen naam roept.
Ach, maar mijnheer, dat is koekoek.
Precies, koekoek, goeiemiddag….