Verpoedeling

Pauline Slaa 31 jan 2024

In tijden van oorlog, klimaatverandering en polarisatie is het goed om even stil te staan bij een ander, minder bedreigend maar toch noemenswaardig fenomeen: de opmars van de poedel.

Het straatbeeld wordt steeds meer gedomineerd door deze wollige beestjes. Ze zijn er in allerlei variaties. Aan kop gaat de labradoodle, de pluizige kruising tussen labrador en poedel. Maar vrijwel alle rassen hebben inmiddels een poedelversie. Zo bestaat er een goldendoodle, schnoodle, boxerdoodle, shepadoodle, bordoodle en zelfs sint-berdoodle. Je kunt ze bestellen in verschillende maten en kleuren. Ook onze koninklijke familie doet mee aan de trend. Hun toy poedel Mambo stal de show tijdens de jaarlijkse fotosessie. De poedel is dé designerhond van de 21ste eeuw.

Ook in ons huis was de poedel bijna binnengedrongen. De labradoodle welteverstaan. Onze jongste wist ons bijna te overtuigen. Ze zag zo’n pluizig vriendje als dé oplossing voor al haar problemen. Nooit meer alleen, altijd iemand die blij is om je te zien. En het uitlaten zou ze helemaal zelf doen. Ja, zelfs de poep opruimen was geen probleem. Toch zijn we niet gezwicht. Nog niet. Want het blijft een hond en die vraagt veel tijd en aandacht. Maar zo dichtbij als de labradoodle is nog geen enkele hond gekomen.

Wat maakt dat we massaal aan de poedel gaan? Voor mij staat de poedel symbool voor een diepe menselijke behoefte. Namelijk de behoefte aan zachtheid. In deze verharde maatschappij verlangen we meer dan ooit naar knuffelen en speelsheid. We nestelen ons het liefst in onze Jip en Janneke onesie onder een fleecedekentje op de bank. Zelfs schoolspullen worden aaibaar gemaakt. Hoe fijn is het om te schrijven met een pluizige pompom-pen in een schrift met een donzen vachtje. En ’s avonds gaat de Nijntje warmwaterzak mee naar bed.

De vele poedelvariaties zijn het levende bewijs van hoe we de wereld om ons heen een beetje zachter maken. We stoppen rasechte boxers en herders in de poedelmachine om er een aardiger en aaibaarder exemplaar van te maken. Wat als dat bij mensen ook zou kunnen? Hoe zou de samenleving eruit zien als we allemaal wat zouden verpoedelen? We zouden lekker tegen elkaar aan kruipen, altijd blij zijn om elkaar te zien en niet in elkaars allergie zitten. Want, ook een mooie eigenschap van poedelachtigen, ze schijnen anti-allergeen te zijn.

En toch. Ik merk dat ik een beetje jeuk krijg van al die gemaakte zachtheid. Intussen slaan mensen elkaar nog steeds al dan niet letterlijk de hersens in en is de verbinding ver te zoeken. Laten we daarom vooral op zoek gaan naar de poedel in onszelf. Af en toe grommen is niet erg. Als er ook maar gekwispeld wordt.

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.

Reacties