Zomaar schapen in wolfs kleren
De laatste tijd is er onder fietsers een nieuwe gradatie van ongehoorzaamheid ontstaan mede mogelijk gemaakt door nieuwe fietsstoplichten. Deze hebben tegenwoordig een timer, een cirkel van brandende lampjes die één voor één doven zolang het stoplicht op rood staat. Pas nadat het laatste lampje is gedoofd springt het stoplicht op groen en is de overtocht veilig. De timer informeert je via de lampjes over de duur van de noodgedwongen stop. Op groen wachten wordt zo wat voorspelbaarder en wellicht ook aangenamer.
In tegenstelling tot de theorie vertrekt een groep fietsers al op het moment dat er nog één of twee lampjes branden. Dit lijkt minder ongehoorzaam dan fietsen door regulier rood maar de overtreding is feitelijk dezelfde. Het zijn de dovende lampjes die het vertrek uitlokken; de lampjes bieden extra informatie en dus keuzemogelijkheden naast het rode en groene licht. Blijkbaar vindt de vertrekkende fietser dat de marge tussen veilig en onveilig onnodig ruim gekozen is en waant hij/zij zich al veilig wanneer er nog één lampje brandt. De rest van de weggebruikers staat toch al stil. De fietser vindt het vertrek daardoor legitiem. Wat ik bijzonder vind is dat hij/zij in eerste instantie de keuze maakte om te wachten om vervolgens alsnog door rood te fietsen.
Opvallend is dat de groep die daadwerkelijk gehoorzaam op groen wacht (nog) kleiner is geworden door de komst van de timer. Een publiek figuur heeft zich echter ongeacht de informatiebronnen nog wel aan de regels te houden getuige de tweet over Femke Halsema die een rood stoplicht negeerde op een druk kruispunt in Amsterdam. Helaas is journalist Yelle Tieleman vergeten te vermelden of er een timer aanwezig was bij dit stoplicht. Anders zou Femke in het kader van de handhaving de timer gelijk kunnen afschaffen; had ze één ongehoorzame groep burgers minder.
Wellicht voert de analyse van de timer wat ver maar het is wel een observatie die past in het tijdsbeeld waarin we leven. We laten ons niet de les (meer) lezen en wantrouwen bij voorbaat derden die ons vertellen wat we wanneer waar moeten zien of doen. We gaan op zoek naar een achterdeur zodat we ons net niet hoeven te conformeren aan wat er bedacht is en vinden dit heel legitiem. Informatie overbrengen wordt steeds een grotere uitdaging wanneer het individu het altijd beter weet.