Imre Himmelbauer Geld & Carrière 30 jul 2018, 15:14

Leestijd: 2 minuten

‘We moeten juist minder sparen’

Wasmachine kapot, tv stuk én een onverwachtse uitvaart? De kans is groot dat je daar het geld niet voor hebt. Nederlanders sparen namelijk weinig, zo blijkt uit onderzoek van de Rabobank. Of nou ja, we sparen wel – maar we kunnen er niets mee. Dat zegt econoom Robin Fransman.

Fransman vindt dat we te veel sparen en schreef daarover eerder het boek Sparen is geen deugd. „Nederlanders sparen echt als een dolle, maar we zijn alleen heel weinig liquide”, legt hij uit. „Men denkt bij sparen aan geld op spaarrekeningen, want dat is geld waar je bij kan. Dat is liquide. Maar Nederlanders sparen bijvoorbeeld veel via pensioenfondsen, de aflossing van de hypotheek en de aflossing van de studielening. Mensen sparen dus als gekken, maar dat is allemaal niet liquide: je kunt niet meer bij het geld van het pensioenfonds, het geld van de hypotheekaflossing of dat van de studieschuldaflossing.”

Minder sparen, meer liquide

Volgens hem is het beter voor onze portemonnee als we minder gaan sparen, hoe gek dat ook klinkt. „We moeten verplicht de studieschuld en de hypotheek aflossen en je pensioen opbouwen. Alleen al je pensioenpremie is een paar honderd euro per maand. Zonder dat je beslissingen over dat geld kunt nemen. Het zou beter zijn voor de economie als we mensen meer liquide maken door ze minder te laten sparen.”

Het Nationaal instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) is het daar niet mee eens. Zij ziet ook dat veel geld wegvloeit naar bijvoorbeeld pensioenpremie en schuldaflossing, maar dat ziet het instituut als noodzakelijk: „Dat geld heb je nodig om bepaalde dingen mee te kunnen doen. Het is niet de bedoeling dat je moet verhuizen omdat je dat geld nodig hebt. Dat geldt ook voor het pensioen. We zien dat mensen het heel lastig vinden om geld lang te laten staan, dus misschien is het wel goed dat het in die pensioenen en die huizen zit”, zegt woordvoerster Karin Radstaak.

Tien procent

Verder raadt het Nibud aan om ook elke maand tien procent van je inkomen opzij te zetten op een spaarrekening: „Dat is het bedrag dat je gemiddeld nodig hebt om elk jaar alle belangrijke dingen te laten functioneren. Denk daarbij bijvoorbeeld aan de wasmachine, de koelkast en de auto. Aan dat soort dingen ben je jaarlijks ongeveer 10 procent van je inkomen kwijt”, legt Radstaak uit.

Er zijn uiteraard genoeg mensen die dat niet kunnen opbrengen en ook Radstaak erkent dat 10 procent een vrij fors percentage is. Ze tipt daarom vooral te kijken naar de toeslagen en dergelijke: „Zeker mensen met minder geld weten vaak waar ze op kunnen bezuinigen. Maar het is wel goed als mensen meer informatie krijgen over waar ze extra inkomen vandaan kunnen halen. Als je in de financiële stress zit, kan het heel lastig zijn om dat uit te zoeken.