Ilja Post
Ilja Post Binnenland 7 sep 2018
Leestijd: 3 minuten

Smikkel mee met eetscènes uit je favoriete film

Psychologisch econoom en marketing expert Harold Smits houdt wel van een filmpje. En van lekker eten. Dat hij op een dag besloot beide geneugten te combineren, is dus zo gek nog niet.

Zijn concept: Cinema Culinair, waarbij je een film kijkt en op hetzelfde moment eet wat er op het witte doek gegeten wordt. Dus zet iemand in de film net zijn tanden in een sappige burger, dan krijg jij die ook geserveerd. Slurpen ze even later een oester naar binnen, dan – nou ja, je snapt het idee.

Experiment

Al in 2008 begon Harold in zijn eigen Graaf Florisstraat te experimenteren met dergelijke foodevents. Bijgestaan door zijn toenmalige buurvrouw Wies transformeerden ze het buurthuis om de hoek eens per maand in een restaurant annex bioscoop, de ‘Floriscoop’. ,,Destijds was het nog een besloten feestje”, zegt hij. ,,Enkel toegankelijk voor andere straatbewoners.”

‘Smikkelfilm’

De eerste ‘smikkelfilm’ die ze er vertoonden: Sideways, over twee vrienden die een rondreis maken langs de wijngaarden van Californië. Het werd een daverend succes. Harold: ,,Wat bleek? De gedachte om te willen eten en drinken wat je op het scherm voorbij ziet komen, is blijkbaar universeel ingebakken in de mens. Dat gaf te denken, moeten we het concept van de Floriscoop niet verder uitbreiden?”

Film-food concept

De maandelijkse buurtfilmavondjes bleven. Die vonden Harold en Wies te mooi – en te gezellig – om op te geven. Maar na vijf jaar, en talloze opmerkingen van ‘hier moet je iets mee’ later, besloten ze hun film-food concept dan toch aan een groter publiek bekend te maken.

Guavepasta met gorgonzola

Op 1 januari 2013 richtten ze daarom Cinema Culinair op, om ook elders in de stad voorstellingen in restaurants te organiseren. De eerste ‘eetfilm’ op de rol, in Bird: het Brazilaanse Estômago, met gerechten als pasta puttanesca en Anita e Garibaldi – een toetje van guavepasta met gorgonzola.

Dat was de start, aldus Harold. ,,Sindsdien programmeren we elk jaar zo’n zes what you see, is what you eat-films, op de meest uiteenlopende locaties. Al is Zaal Staal de afgelopen jaren wel zo’n beetje de vaste hang-out geworden.”

Zaal Staal

,,Een geweldige locatie met een plafond van wel acht meter hoog”, jubelt hij. ,,Een perfecte ruimte dus om films te projecteren. Let wel: op twee schermen, waardoor eters tijdens het kijken niet steeds hun hoofd hoeven te draaien.”

Gemiddeld is er per voorstelling ruimte voor zo’n honderd gasten, die elk bijna 70 euro afrekenen voor een dergelijke experience. Duur? Harold vindt van niet. Althans, veel goedkoper kan hij het niet maken, is het weerwoord.

Snelheid is de sleutel

,,Er gaat veel werk zitten om een Cinema Culinair te laten slagen. Alle eters moeten zo’n 15 seconden voor een eet-scène precies dat gerecht op hun bord krijgen wat ze op het grote scherm zien. En dat dan ook nog eens acht keer achter elkaar, want zo veel gerechtjes serveren we.”

Harold wil maar zeggen: om dat voor elkaar te boksen heb je een super gedisciplineerde, en op elkaar ingespeelde keukenbrigade nodig. Maar ook een heel leger aan uitserveerders. ,,En ja, die mensen staan daar natuurlijk niet voor gratis.”

Joop van den Ende

Het hele concept uitvergroten en verder optimaliseren á la een Dinnershow van Joop van den Ende zou een optie zijn om de kosten te verlagen, geeft hij toe. ,,Maar daar heb ik stiekem helemaal geen zin in. Dan wordt het te groots en massaal.”

Gemiddeld een 9

Geld verdienen aan dit concept was dan ook nooit zijn opzet. Knipogend: ,,Zie het als een hobby die wegens succes al vijf jaar lang gruwelijk uit de klauwen loopt en steeds weer wordt geprolongeerd. Ik bedoel, onze gasten waarderen ons gemiddeld een 9. Dat is echt ongekend in horecaland.”

Extra voorstellingen

Daarom, voor hen en anderen die Cinema Culinair eens willen ontdekken: dit najaar zijn er twee extra voorstellingen in Rotterdam. En ook film- en foodliefhebbers uit andere steden kunnen hun lol op binnenkort. Zo zijn er plannen op uit te breiden naar Amsterdam en Antwerpen. Toevallig ook de steden waar Harold en Wies zelf de laatste tijd regelmatig bivakkeren.

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.