Johan van Boven
Johan van Boven Dossier 24 feb 2018
Leestijd: 6 minuten

De Voedselbank is veel meer dan een kratje met eten

Talloze grijze kratjes glijden in rap tempo over de lopende band om door vrijwilligers gevuld te worden. Ze staan aan weerszijden om een krop sla, een heel bruinbrood, een zak met witte bolletjes, chocola, wortels, mayonaise, pasta, appelmoes en talloze andere producten in de bak te leggen. Het lijkt alsof het op het ritme van de radioklanken gebeurt.

Binnen een mum van tijd staan er zo’n vijftig gevulde kratten op een pallet. Klaar om vanuit het distributiecentrum van de Voedselbank in Rotterdam vervoerd te worden naar een van de uitdeelpunten in de regio. In Nederland leven maar liefst een miljoen mensen onder de armoedegrens en bij de Voedselbank kunnen ze terecht om in ieder geval geen honger te hoeven lijden.

Voldaan

„Ik vind het mooi om die mensen op deze manier te helpen”, zegt de 50-jarige Monique Oostlander. Ze heeft reuma en via een re-integratietraject is ze bij de Voedselbank terechtgekomen. Daarna is ze blijven plakken. Al zeven jaar staat ze drie keer per week aan de lopende band om pakketten samen te stellen voor armlastigen. „Ik ben blij dat dit bestaat. Zonder de Voedselbank hadden de mensen die er gebruik van maken helemaal niets. Ik ken mensen die voedselpakketten nodig hebben, dus als ik klaar ben met werken ga ik met een heel voldaan gevoel naar huis.”

Oostlander is een van de 11.000 vrijwilligers die bij de 167 voedselbanken in Nederland hun steentje bijdragen aan het draaglijker maken van de armoede. Ook directeur Rob Boswinkel (67) is vrijwilliger. Toen hij op 25-jarige leeftijd zijn eigen bedrijfje in rook op zag gaan, ondervond hij aan den lijve hoe het is om elk dubbeltje te moeten omdraaien. Zo reed hij twaalf kilometer op de fiets naar de bibliotheek omdat hij daar het goedkoopst aan een bakje koffie kon komen.

Rob Boswinkel, directeur van De Voedselbank in Rotterdam. Foto: Vincent van Dordrecht

Boswinkel kreeg zijn carrière later weer op de rit en nadat hij zijn andere succesvolle bedrijf had verkocht, wilde hij iets terug doen voor de maatschappij. „Op tv zie je altijd een paar mensen kratjes inpakken en blije mensen die de pakketten in ontvangst nemen. Daardoor had ook ik het idee dat het er heel kleinschalig aan toegaat bij de Voedselbank. Maar door een advertentie met uitleg over de omvang van de Voedselbank kwam ik erachter dat dat absoluut niet het geval is. Er zit veel meer achter, het is een groot bedrijf. Wij verzorgen niet alleen voor tweeduizend Rotterdamse gezinnen een wekelijks voedselpakket, maar wij zijn het ook distributiecentrum voor 27 andere voedselbanken in de regio. Het gaat om zo’n 60.000 kilo eten per week en daar heb je een heleboel mensen voor nodig.”

Het is dan ook niet altijd eenvoudig om voor elke vacature een vrijwilliger te vinden. Inpakkers zijn er vaak genoeg. Zo staan er mensen aan de lopende band die zelf ook voedselpakketten nodig hebben of hadden, om op die manier hun dank uit te spreken richting de Voedselbank. „Maar een leidinggevende vinden, die een stuk of zes vrijwilligers onder zich heeft, is iets lastiger. Dat is jammer, want we kunnen ze goed gebruiken.”

Rot

Intussen worden aan de lopende band van het distributiecentrum pasteibakjes in de vorm van een kerstboom ingepakt, terwijl de feestdagen toch al enige tijd achter ons liggen. Maar van ‘over de datum’ is geen sprake. Op de verpakking staat 28-09-2018 als uiterste houdbaarheidsdatum. Dergelijke producten worden in de winkel niet meer verkocht, maar de mensen die wekelijks een voedselpakket ophalen zijn er maar al te blij mee. „Er wordt heel goed op de houdbaarheid van producten gelet”, zegt vrijwilliger Oostlander. „Je denkt toch niet dat wij mensen iets voorschotel dat rot is?”

De directeur vult aan: „Het gaat in veel gevallen om voorraden waarbij iets mis is gegaan. Stel dat Albert Heijn enorme hoeveelheden vlees heeft ingeslagen, omdat er barbecueweer is voorspeld, maar het uiteindelijk pijpenstelen regent, dan hebben ze duizenden kilo’s vlees over. Die krijgen wij dan. Dat geldt ook voor Jumbo, Lidl, Plus, noem maar op. Zo voorkomen we voedsel wordt vernietigd. Al krijgen wij slechts 2 procent van het overtollige voedsel in Nederland, dus 98 wordt helaas weggegooid. Gelukkig letten bedrijven daar wel steeds beter op.”

Gezondheid

De Voedselbank is volledig afhankelijk van wat andere partijen aanleveren. Dus is het niet altijd mogelijk om een volledig uitgebalanceerd voedselpakket samen te stellen. De Vrije Universiteit van Amsterdam stelde in een onderzoek zelfs dat mensen die voor een groot deel afhankelijk zijn van de voedselbank hun gezondheid op het spel zetten.

„We zijn afhankelijk van welke producten we binnenkrijgen, daardoor is het lastig om een perfect afgewogen pakket volgens de schijf van vijf samen te stellen”, aldus Boswinkel. „Er zit altijd brood in en pasta of rijst en verse groenten, maar verder hangt het volledig af van wat we van onze leveranciers krijgen. De mensen die via de Voedselbank hun eten krijgen, eten dus vaak ongezonder dan de gemiddelde Nederlander. Maar ze zouden nog véél ongezonder eten als ze geen voedselpakket zouden krijgen. We hebben niet altijd volkorenbrood tot onze beschikking. Maar de mensen krijgen liever witbrood dan helemaal geen brood. Er zitten soms koekjes of snoepjes in onze pakketten, waarom niet? Je wilt niet weten hoeveel kinderen uit arme gezinnen niet naar school willen op hun verjaardag, omdat er geen geld is voor een traktatie.”

Helpen

Inmiddels is even verderop de lopende band leeg. Alle aangeleverde producten zijn verdeeld over de kratten. Tijd voor wat andere klusjes, zoals schoonmaken en brood snijden. Vrijwilliger Monique dolt met de fotograaf en vraagt of ze op posterformaat in de krant verschijnt. Daarna serieus: „Ik hoop uiteindelijk een betaalde baan te vinden, maar ik weet niet of dat mogelijk is. Ik vind het niet erg als ik hier vrijwilligers werk blijf doen. Ik wil hier best nog een paar jaar werken. Wat is er nu mooier dan mensen helpen?”

Daarbij draait niet alleen om de voedselvoorziening. Het doel van de Voedselbank is dat cliënten zichzelf uiteindelijk uit de armoede kunnen onttrekken. Boswinkel: „Als je geen eten hebt is het lastig om ergens anders aan te denken en te werken. Met een volle koelkast is het eenvoudiger om andere zaken op te pakken. Mensen kunnen hier maximaal drie jaar terecht voor voedselpakketten. Vrijwel niemand maakt die periode helemaal vol. Dat betekent dat ze hun leven weer voor een deel op de rit hebben. Een groter succes kunnen wij niet boeken.”

Elke zaterdag vind je bij Metro verhalen over spraakmakende zaken. We kennen het, doordeweeks moet alles vlug, maar gelukkig is er in het weekend tijd om lekker lang te lezen over opzienbarende onderwerpen. Boeiend? Absoluut! Schokkend? Soms. Confronterend? Misschien. Interessant, met een knipoog en vanuit meerdere perspectieven belicht? Altijd!

Ditmaal: Rijk en arm. Hoe is deze kloof ooit ontstaan en hoe gaan we er vandaag de dag mee om?

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.