Redactie Metro
Redactie Metro Nieuws 19 apr 2018
Leestijd: 2 minuten

Asscher: lage inkomens eerder met pensioen

„Mensen met een hoog inkomen leven gemiddeld gezien langer en hebben ook meer gezonde jaren dan mensen met een laag inkomen” zei PvdA-leider Lodewijk Asscher in gesprek met EenVandaag. Hij pleit ervoor dat mensen met een laag inkomen eerder kunnen stoppen met werken.

Om de pensioenleeftijd is in ons land veel te doen. Waarschijnlijk zal die leeftijd de komende jaren alleen maar verder stijgen en zullen jongeren moeten werken tot ze in de zeventig zijn. Daarom is een doorbraak in de pensioenonderhandelingen volgens Asscher broodnodig: „Voor ouderen die de pensioenleeftijd steeds sneller zien stijgen terwijl het werk nu al bijna niet meer gaat. Voor jongeren die überhaupt niet meer geloven dat zij ooit nog met pensioen kunnen", schrijft hij in een brief aan Minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Volgens Asscher moet de pensioenleeftijd pas in 2030 op 67 jaar komen, in plaats van in 2021. „Iedereen snapt dat je langer moet doorwerken. Maar er zijn teveel mensen die dat niet kunnen bijbenen”, zegt hij in gesprek met EenVandaag. „Jongeren hebben nu al last van burn-outs en stress”, aldus Asscher, die wil dat voor elk jaar dat we langer leven, de pensioengerechtigde leeftijd met een halfjaar naar beneden gaat. „Je leeft niet om te werken, maar werkt om te leven. Dan moet je ook eerder kunnen stoppen.”

Als je veel geld hebt, kan je volgens de partijleider altijd eerder stoppen met werken. Mensen met weinig geld kunnen dit niet. Hij pleit ervoor dat deze mensen relatief veel steun krijgen van de overheid om te kunnen stoppen, terwijl mensen die het zelf kunnen betalen dat moeten doen. Praktisch opgeleiden zouden vaak minder betaald krijgen en al vanaf jongere leeftijd werken.

Zware beroepen

Daarnaast wil de PvdA dat mensen met zware beroepen zelf kunnen bepalen wanneer ze stoppen met werken. Hier zit dan natuurlijk wel een maximum aan. Dat maximum is drie jaar. Volgens Asscher zijn veel mensen daarmee geholpen. Opvallend is dat Asscher zelf als vice-premier in het kabinet Rutte-II heeft meegewerkt aan het huidige beleid. Nu wil hij in de oppositie zit, wil hij dit wijzigen. „Dit hadden we achteraf zo niet moeten doen. Ik heb er spijt van dat sommige mensen nu in de knel zijn gekomen. Nu we in economische betere tijden zitten, moet je koers durven te wijzigen" zegt hij daarover.

Tot 2021 zou dit nieuwe plan zo’n 1,4 miljard euro kosten, maar volgens Asscher moeten we dat ervoor over hebben want het gaat hier om iedereens kwaliteit van leven.

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.