Vaders met een dominant uiterlijk krijgen mogelijk vaker een jongen, volgens onderzoekers
:format(jpeg):background_color(fff)/https%3A%2F%2Fwww.metronieuws.nl%2Fwp-content%2Fuploads%2F2025%2F05%2Fkelly-sikkema-hS_eGxLjozs-unsplash.jpg)
Is het geslacht van een kind toeval of genetisch gestuurd? Volgens nieuwe Amerikaanse onderzoeksresultaten is de kans dat vaders een zoon krijgen groter als hun gezicht dominant oogt. Niet als je dat zelf vindt, maar wel als anderen dat zo zien.
Een opvallende vondst in de wereld van de evolutiepsychologie, en eentje die het klassieke idee dat het geslacht van je kind compleet willekeurig is, ter discussie stelt.
Vaders met dominant uiterlijk
Onderzoekers van de Universiteit van Michigan verzamelden gegevens van hetero ouderkoppels. De voorwaarde: de koppels moesten minimaal één kind samen hebben, moesten bereid zijn om vragenlijsten in te vullen en een portretfoto op te sturen. De foto’s, die neutraal en zonder lach moesten zijn, werden vervolgens beoordeeld op hoe dominant, aantrekkelijk en mannelijk het gezicht eruitzag.
Wat bleek? Hoe dominanter het gezicht van de vader werd beoordeeld, hoe groter de kans dat het eerste kind een jongen was. Voor elke stap omhoog in dominantie, waarbij de kaaklijn en symmetrie in het gezicht werd gemeten, nam de kans op een zoon met maar liefst 83 procent toe. En dat terwijl andere kenmerken, zoals aantrekkelijkheid of de breedte van het gezicht, geen invloed leken te hebben.
Metro schreef eerder al over factoren die van invloed kunnen zijn op hoe snel een kind leert lopen.
Wel bij vaders, niet bij moeders
Zelfvertrouwen of een sterke persoonlijkheid speelden dan weer geen rol. Hoe dominant iemand zichzelf vond, maakte ook niets uit. Opvallend is dat bij de moeders geen verband gevonden werd tussen gezicht of gedrag en het geslacht van het kind. De link leek echt alleen te gelden voor hoe dominant of stoer het gezicht van de vader overkwam op buitenstaanders.
Evolutie en timing
De studie haakt in op oudere theorieën, zoals de Trivers-Willard-hypothese, die stelt dat ouders in betere conditie vaker jongens krijgen. In evolutionaire zin zouden zonen dan meer opleveren. Volgens de onderzoekers is het mogelijk dat vrouwen zich vooral tijdens momenten waarop de kans op een zoon hoger is, bijvoorbeeld precies tijdens de ovulatie, onbewust aangetrokken voelen tot dominant ogende mannen.
Uit sommige biologische studies blijkt dat de timing van geslachtsgemeenschap ten opzichte van de ovulatie mogelijk een lichte invloed kan hebben op de kans op een jongen of een meisje. De bewering is dat precies tijdens de ovulatie (dan zou de kans op een zoon mogelijk iets hoger zijn), bepaalde hormonale of psychologische voorkeuren van vrouwen veranderen. Daarmee zou het uiterlijk van de vader indirect een rol spelen in het bepalen van het kindergeslacht.
Metro schreef eerder al over het feit dat moeders hun kinderen sneller op de vader vinden lijken.
Blijft voor nu speculatie
Toch blijft het speculatief. De onderzoekers benadrukken dat het nog lang geen keihard bewijs is. Toch sluit de bevinding aan bij eerdere studies, waarin werd gesuggereerd dat dominantie een rol zou kunnen spelen, al was dat toen vaker op basis van zelfrapportage, niet op gezichtskenmerken.
Of je straks met een meetlint naar je kaaklijn moet kijken voordat je aan kinderen begint? Waarschijnlijk niet. Maar dit onderzoek laat zien dat zelfs iets ogenschijnlijk simpels als je gelaatstrekken misschien meer invloed hebben dan we denken. En wie weet: als we meer begrijpen over deze onbewuste signalen, begrijpen we straks ook iets meer over de mix van biologie en toeval die bepaalt wie er in dat wiegje komt te liggen.
Opvoedvraag: ‘Mijn zoon van 18 helpt niet in het huishouden, hoe motiveer ik hem?’