Cafeïne voor het slapengaan? Dit gebeurt er dan in je brein
:format(jpeg):background_color(fff)/https%3A%2F%2Fwww.metronieuws.nl%2Fwp-content%2Fuploads%2F2024%2F12%2Fkoffie-cafeine-hoogleraar.jpg)
Een snelle espresso na het eten, een colaatje bij de film of een reep chocola voor het slapengaan. Lekker? Absoluut. Slim? Misschien niet. Wetenschappers hebben nu ontdekt wat cafeïne precies met je brein doet terwijl jij denkt lekker te slapen.
En dat is verrassend veel.
Hersenen blijven druk na een kop koffie
We weten allemaal dat cafeïne je wakker houdt. Maar wat als je tóch in slaap valt na een bak koffie? Dan ben je volgens een nieuwe Canadese studie misschien niet zo goed aan het uitrusten als je denkt. Je lichaam ligt in bed, maar je hersenen blijven druk in de weer.
Onderzoekers van de Universiteit van Montreal gebruikten kunstmatige intelligentie om te zien hoe cafeïne hersenactiviteit beïnvloedt tijdens de slaap. Ze ontdekten dat je brein na een dosis cafeïne in een soort actieve slaapstand blijft hangen. Je slaapt, maar je hoofd blijft aan.
Brein herstelt minder snel
Het team onderzocht veertig gezonde volwassenen. De ene nacht kregen ze cafeïnecapsules voor het slapengaan, de andere nacht een placebo. Wat bleek? Na het nemen van cafeïne vertoonde het brein een opvallend patroon: het was actiever, minder voorspelbaar, en het herstelde ook minder snel.
„Het brein balanceert normaal gesproken tussen rust en actie”, legt onderzoeker Karim Jerbi uit. „Met cafeïne schiet het door naar de actieve kant. Handig als je moet opletten, maar ’s nachts is dat juist niet de bedoeling.”
Je hersenen blijven op ‘aan’ staan
In een normale slaap duik je diep weg in langzame hersengolven, frist je geheugen zich op, orden je je gedachten en herstelt je lichaam zich. Maar met cafeïne aan boord worden die diepe golven verstoord. In plaats daarvan duiken er snelle hersengolven op die horen bij een wakkere geest. Resultaat: je rust fysiek wel uit, maar mentaal minder.
„Je brein gedraagt zich nog een beetje alsof het overdag is”, zegt Jerbi. „Dat kan op lange termijn effect hebben op geheugen en concentratie.”
Vooral jonge mensen zijn de pineut
Het viel wetenschappers vooral op dat jongeren tussen de 20 en 27 jaar het meest gevoelig waren voor deze effecten van cafeïne. Zij reageerden heftiger op de stof, vooral tijdens de REM-slaap, de fase waarin je droomt. Oudere deelnemers, tussen de 41 en 58 jaar, lieten minder verstoring zien.
Dat komt doordat jonge mensen meer adenosinereceptoren hebben, ook wel slaapschakelaars genoemd. Cafeïne blokkeert die schakelaars, waardoor het brein actiever blijft. Naarmate je ouder wordt, neemt het aantal van die receptoren af, en daarmee ook de impact van cafeïne.
Cappuccino in de avond minder onschuldig dan je denkt
Wat betekent dit voor jouw nachtrust? Als je moeite hebt met doorslapen of vaak moe wakker wordt, loont het om kritisch te kijken naar je cafeïne inname. Die cappuccino om negen uur ‘s avonds lijkt misschien onschuldig, maar je brein is daar minder blij mee dan je denkt.
De onderzoekers pleiten voor meer bewustwording. Want hoewel cafeïne voor veel mensen bij het dagelijks leven hoort, heeft het dus meer invloed dan alleen die oppepper in de ochtend. Of zoals onderzoeker Julie Carrier het zegt: „Wat overdag helpt bij concentratie, kan ’s nachts juist tegenwerken. En dat voel je, misschien niet meteen, maar zeker op de lange termijn.”
Fietsen goed voor je brein: minder kans op dementie, vooral als je jong begint
Van ongemak tot echte stress: waar komt onze belangst toch vandaan?