Ik kan beter fietsen dan jij

Thomas Hissink Muller 19 jun 2017

Je hoort het goed, wie je ook bent: ik weet 100 procent zeker dat ik mezelf een betere fietser vind dan jij. En nog iets: ik weet ook heel zeker dat ik beter kan autorijden, sneller bij de kassa kan afrekenen en behendiger op het deurknopje van de trein kan drukken dan jij. Kortom: mijn gevoel zegt me dat ik vrijwel alles beter kan dan mijn medemens. Toegegeven: Usain Bolt versla ik niet in een sprintje, maar als ik over straat loop, ren ik 99 procent van die slome duikelaars eruit.

Herken je dit? Goede kans dat jij ook het gevoel hebt dat je vrijwel alles sneller, beter en makkelijker kan dan de mensen om je heen.
Ik hoor je de vraag al stellen: ‘Hoe kan ik, maar ook jij beter zijn dan iedereen om je heen?’
Dat zal ik je eens haarfijn uitleggen jij topprestatie van een mens: Als jij over straat loopt, ben ik nooit in de buurt en visa versa. Nee, dat is natuurlijk niet zo. Het feit is dat we helemaal niet veel beter kunnen fietsen dan de rest. Of een van die vele andere vaardigheden die belangrijk zijn in het leven: de juiste rij uitkiezen bij de supermarkt, een goedkope vakantie boeken of je driegangenmenu opdreunen in dat ene hippe restaurant.

Toch geloven we stellig in onze uitzonderlijke kwaliteiten. We overschatten vaak niet alleen onszelf, maar we onderschatten ook al die andere mensen in de trein. Vooruit, nog één voorbeeld om je te overtuigen: als je als man over straat loopt, speel je vaak genoeg weleens het spelletje “hem-pak-ik-wel”. Een zeer intellectueel spelletje waar je deze vraag aan jezelf stelt, elke keer dat een medeman voorbij loopt: ben ik fysiek sterker dan hij? De laatste keer dat ik vocht was in de basisschool, maar: ja, hem pak ik wel.

Het volgende heb ik op de middelbare school geleerd en kan ik waarschijnlijk ook beter dan jij: mijn stuk samenvatten en een conclusie trekken. Wat weten we? We denken allemaal dat we alles het beste kunnen. We lopen naast onze schoenen en de schrijver van deze column denkt dat zijn karatemoves van de basisschool nog werken. Conclusie: we leven allemaal in ons eigen bubbeltje. In deze bubbel spelen we de hoofdrol in een grote Hollywood-blockbuster. Toch moeten we niet vergeten dat achter ons in de kassa iemand wellicht de ster is van een romantische komedie.