PIET

karinkarin 4 dec 2017

Er was eens een kleurloze Piet.
Hij dacht dat niemand aandacht aan hem besteedde.
Saaie Piet.
Dat maakte hem verdrietig. Want hij had een gouden hart.
Net als alle andere Pieten. Daar vochten sommige mensen zelfs om.
Maar niet om hem…

Piet voelde zich zo kleurloos, zelfs de kindertjes leken hem niet te zien.
En kindertjes waren het belangrijkst.

Hij ging naar SmurfenLand in de hoop, dat ze hem in blauwe SmurfenVerf konden dopen.
Onderweg kwam hij langs de plaatselijke make-up fabriek.
Piet boog nieuwsgierig voorover in de schoorsteen.
Er was net een grote ton lipgloss gemaakt.
Nr 150, Pretty Pink, zag Piet nog net voordat hij in de ton plonsde.
Te ver voorover gebogen.
Roze was niet zijn kleur, maar dat saaie was er tenminste vanaf. En roze stond voor mooie dingen.

Trots in roze vervolgde zijn weg en kwam langs De Chocolaterie.
Hij struikelde de volgende schoorsteen in en belandde in de bak met chocoladesaus. Pure kwaliteit.
Hij klom er uit en zag dat hij donkerbruin, bijna zwart was. Prachtig!
Maar ja… teveel chocola binnengekregen, dus Piet werd groen van misselijkheid.

Gauw naar SmurfenLand!
Toen Piet het verse brood bij de BakSmurf rook, kreeg hij gelukkig weer trek.
Hij liep over de daken in de richting van de heerlijke geur.
Maar was vergeten, dat alles wat Smurf is, ook kleiner is.
En dus niet Piet-bestendig.
Hup, daar donderde Piet door het dak, voorover in de meel. Helemaal wit.

De Smurfen verklaarden hem voor gek dat ie blauw wilde worden, want ze vonden Piet best bijzonder.
Maar goed. Hij wilde SmurfBlauw. Hij kreeg SmurfBlauw
En werd daarmee de eerste SmurfPiet.
Of PietSmurf.
’t Is maar wat je wil.

Blij keerde Pietje huiswaarts.
Iedereen had hem vreselijk gemist. De kindertjes nog het meest.
Toen hij zijn avonturen vertelde, moesten ze vreselijk lachen.
En Piet lachte mee.
Dikke tranen over zijn blauwe wangen, waardoor de witte meel te zien was.
En door het wit kwam het groen. En toen bruin. En roze.
Hij leek wel een toverbal.
Wat een mooie kleuren!
Piet keek rond in de kring.
‘Ik weet niet welke kleur ik het mooist vind…’

De kindertjes haalden hun schoudertjes op.
Wat maakte hen dat nou uit? Ze hielden altijd van Piet.
Piet was blijmakend.
Hij was goed voor Sinterklaas en had soms cadeautjes bij zich.
Hij maakte je aan het lachen.
Welke kleur hij ook had.

En als hij weer eens een kleurloos dagje had, ach… de kindertjes zagen dat niet.
Ze zagen altijd zijn gouden hart.
Door alles heen.