Jongensdingen en meisjeskleuren
:format(jpeg):background_color(fff)/https%3A%2F%2Fwww.metronieuws.nl%2Fwp-content%2Fuploads%2Flezerscolumn-files%2FIMG_0589.jpeg)
Het zal jullie vast niet verrassen, maar ik voed mijn meiden feministisch op. Dat wat je van huis mee krijgt, bepaalt voor een groot deel wie je wordt. Maar hoe groot is eigenlijk de invloed van onze maatschappij?
Mijn 6-jarige is, zoals zij zelf zegt, een prinses. Met haar mooie jurken en roze en glitters zwiert ze het leven rond. Wel een stoere prinses, klimmen, vallen, schreeuwen, ze is een echte rouwdouwer. Met een roze glitterjurk een boom in en door de modder, dan is haar dag compleet.
En dan hebben we mijn 8-jarige. Een stiller en beetje timide meisje. Houdt van marvel, haat jurken en glitters en is gek op de kleur blauw. Geen rouwdouwer, maar een meisje wat haar keuzes weloverwogen neemt. Ik noem haar regelmatig een kleine verstrooide professor.
Prinsessen zijn stom
Gisteren zat ik met mijn kleine verstrooide professor aan tafel en ineens zegt zij: „Ik ben een meisje, maar ik hou van jongensdingen.” Ik vraag haar wat jongensdingen dan zijn, zeker omdat ik dit thuis nooit zo benoem. Ze legt uit dat ze houdt van Marvel en superhelden en haar lievelingskleur blauw is. Dat ze houdt van sport en prinsessen stom vindt en het liefst bouwt met LEGO. Ik vraag haar of het niet ook automatisch meisjesdingen zijn omdat zij ze ook leuk vindt. Daar raakt ze van in de war. „Ja, jawel dat klopt wel, maar zo denken andere mensen niet.” De volgende vraag is of ze dan liever een jongetje was geweest. Maar dat wil ze dan weer niet. Ze wil een meisje zijn zonder dat er dan verwacht wordt dat ze van prinsessen en roze houdt.
Tja, 8 jaar, een feministische moeder die niet spreekt over jongens- en meisjesdingen en toch voelt zij nu al dat er voor haar andere dingen gelden dan voor jongens. Met traktaties worden er jongens- en meisjestraktaties gemaakt en zij krijgt dan automatisch de prinses. Toen ik haar vroeg waarom zij prinsessen stom vindt, antwoordde ze dat die nooit de wereld redden en Spider-Man bijvoorbeeld wel. Ik zie haar nog even langer nadenken. „Ik ben liever toch wel een jongen, want ik wil een stoere superheld zijn en geen mooie prinses.” „En Elsa en Anna dan?”, vraag ik haar. „Dat zijn ook superhelden.” Ik zie haar hersenen kraken. „Ja mama, maar ik wil gewoon de superheld.”
Jongetje genoemd
Ik ken haar frustratie. De reden dat ik feministisch ben geworden, is omdat ik regelmatig een jongetje genoemd werd terwijl ik wel een meisje was. Geen meisje in glitters met roze, ik zat op voetballen. Ik wilde vroeger een jongetje zijn omdat ik dan meer mocht en kon, zonder dat ik raar aangekeken zou worden. Mijn 8-jarige dochter merkt ditzelfde verschil en heeft dezelfde wens.
Zij is een meisje, voelt zich een meisje en toch past ze nu al niet in het hokje wat volgens de maatschappij hoort, bij het zijn van meisje. 8 jaar, haar eigen gedachtes, haar eigen observaties, haar eigen frustratie.
Het begint bij de kinderen, alleen zij kunnen de wereld redden in de toekomst.