De sollicitant
:format(jpeg):background_color(fff)/https%3A%2F%2Fwww.metronieuws.nl%2Fwp-content%2Fuploads%2Flezerscolumn-files%2FFoto_Allard_van_Gent-7.jpg)
Niet iedereen solliciteert om werk te vinden. Sommige mensen solliciteren om te ontdekken hoe gewild ze zijn. Neem Paul, de man die ik regelmatig in mijn stamcafé spreek. Diploma’s? Check. Werkervaring? Ruim voldoende. Een uitstekende kandidaat, zouden werkgevers zeggen. En toch bleef hij nergens langer dan een maand.
Zijn vorige baan had hij verlaten omdat hij elders zwart werkte. Wat hij precies deed, bleef onduidelijk, maar vast stond dat hij financieel onafhankelijk was. Hij had genoeg geld om meerdere luxe levens te leiden. Geen uitkering, geen belastingaangifte, geen administratieve rompslomp. Hij had het niet nodig. Toch solliciteerde hij. Niet omdat hij moest, maar omdat hij wilde.
Hij genoot van het ritueel: de eerste e-mailuitnodiging, de formele handdruk bij binnenkomst, de obligate vraag naar zijn motivatie. Het kopje koffie, soms met een koekje. De recruiters die knikten, onder de indruk van zijn cv. „U bent precies de kandidaat die we zoeken!”
Nieuwe gewoontes
En daarna het échte plezier: de eerste dagen op een nieuwe werkplek. Alles was vers. Nieuwe namen, nieuwe systemen, nieuwe gewoontes. Hij schudde handen, leerde de weg naar het koffieapparaat, maakte smalltalk bij de waterkoeler. Met een beetje geluk vielen er verjaardagen in zijn proeftijd, zodat er iets lekkers in de keuken klaarstond.
Hij hield ervan zijn fantasie in het echte leven om te zetten. Als het ter sprake kwam, en dat kwam het vaak, dan noemde hij Karin. Ze was ook rond de 30 en ze kenden elkaar al sinds de kleuterschool. „We denken aan kinderen”, zei hij dan. „Want je moet er niet te lang mee wachten.”
Karin bestond niet. Ze was zijn verzonnen vriendin, gebaseerd op zijn fascinatie voor inspecteur Columbo – de rechercheur die altijd over zijn vrouw sprak, maar die de kijker nooit te zien kreeg. Zijn eigen Columbo-vrouw, een personage dat perfect in zijn rol paste: de ideale kandidaat, de betrouwbare toekomstige vader, de collega die je graag in het team had.
Ontslag en verbijstering
Maar dan, net voordat de proeftijd van een maand verstreek, kwam zijn grote finale.
Hij diende zijn ontslag in.
Verbijstering alom. Hij was toch een topcollega? Een snelle leerling, een harde werker? Wat was het probleem? Te weinig salaris? Slechte werksfeer?
Nee, niets van dat alles.
„Ik weet het niet”, zei hij simpelweg, met een geheimzinnige glimlach.
En hij vertrok, met achter zich een team vol vraagtekens en een verse kop koffie in het vooruitzicht bij zijn volgende sollicitatiegesprek.