Kattengeluk

Nicole Smit 19 sep 2023

De kat van buurvrouw Carina moet naar de dierenarts. En ze heeft hulp nodig van iemand die met onwelwillende katten kan omgaan. Ik ben bang voor spinnen, honden en alles dat kruipt, behalve katten, dus roept ze mijn hulp in.

Willie, de kat, zit in de huiskamer. Ze kwam een tijd terug aanlopen en adopteerde Carina als haar baasje.

We weten niet hoe oud ze is, alleen dat ze waarschijnlijk ooit een bevalling heeft doorgemaakt, te oordelen naar haar zwabberende, uitgezakte buik, die enigszins doet denken aan de mijne, op de zware beharing na.

Ook heeft ze zichtbaar moeite zich te wassen, vandaar dat de samengeperste vacht hard en ruw oogt. Als dat van een zwerver, wat ze technisch gesproken tot voor kort ook was.

Achterdochtige blik

Willy houdt van eten, maar niet van artsen, en nog minder van mensen die haar naar die artsen brengen. De reismand staat klaar, vanonder de eettafel werpt het dier ons een achterdochtige blik toe.

„De vacht moet geschoren worden”, zegt Carina zenuwachtig. Ze wringt haar handen, gehuld in een set tuinhandschoenen, nerveus samen.

„Is het zo erg?”, vraag ik, wijzend op de handen. „Ja, zo erg als destijds met het toedienen van haar medicijnen.”

Ik herinner me die keer levendig. Willy weigerde haar medicatie op een dusdanige wijze, dat we ons genoodzaakt zagen haar in een badlaken te rollen. Ook toen droeg Carina de handschoenen en diende ik met moeite de bewuste pillen toe. Sindsdien staat Willy bekend als de ‘handschoenkat’.

„Ik heb haast”, mompelt Carina wanhopig. Ze sluipt naar de tafel en probeert de kat met behulp van kattensnoep te lokken. De truc lijkt te lukken, maar als Carina het beestje in de door mij opengehouden reismand wil zetten, haalt het uit en blaast woedend naar het baasje, dat het dier prompt weer loslaat.

„Held”, sis ik.

Log en ongemakkelijk

Verslagen zetten we ze de achtervolging in. En hoewel Willy zich log en ongemakkelijk voortbeweegt, is ze niet alleen sneller dan wij, maar ook nog prima in staat om zich vlot te verstoppen op Carina’s rommelige zolder. Wij rennen er achteraan, dit keer draagt Carina de reismand en ik de tuinhandschoenen.

„Wat nu?”, verzucht Carina. Het beest heeft zich verschanst onder een bankje. Ik zie de ogen in het donker glimmen en zucht. Dan kruip ik er op mijn knieën naar toe en wrik haar zonder omhaal vanonder het bankje naar voren. Deze actie wordt niet gewaardeerd, want Willy haalt venijnig uit. Gedecideerd til ik haar omhoog en loop voorzichtig naar de mand, om haar daarin naar beneden te laten zakken.

„Gelukkig”, zucht Carina. Ze neemt de mand gerustgesteld op, waarna er tot onze grote afschuw een flinke straal kattenpies de trap afklatert.

„Jee”, zegt Carina beteuterd.

„Dat kun je straks gaan schoonmaken”, merk ik monter op, „als we naar de huisarts zijn geweest.”

„De huisarts?”

Ik toon haar de kattenkrabbels op mijn arm.

„Ik denk dat we volgende keer wat langere handschoenen nodig gaan hebben. Maar deze keer haal ik dan toch maar liever een Tetanusprik. Je weet tenslotte maar nooit.”

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.