Tikkie terug

Joop van der Laan 18 jul 2020

De geluiden vanaf het voetbalveld, op steenworp afstand van mijn ouderlijk huis, waren onweerstaanbaar. Ik besloot mij spontaan te onttrekken aan het gezag waarin het bewaken van de zondagsrust hoog in het vaandel stond. Clandestien begaf ik me op vreemde bodem om een wedstrijd te bekijken van de andere dorpsclub, die voetbal speelde op de zondagmiddag.

De keeper

In dit boeiende schouwspel maakte de uitblinkende keeper van de bezoekende club een onuitwisbare indruk. Zijn onberispelijke uitrusting met witte pet, gele keeperstrui, hagelwitte broek en dito kousen maakte hem zo perfect gesoigneerd dat hij leek op een etalagecoureur uit de wielersport.

Daar stond een persoonlijkheid, eentje met uitstraling, die het spel en ook mijn leven op dat moment een andere dimensie gaf. Een moonwalker, acrobatisch, met een surplus aan techniek en overwicht. Met zijn zweefduik bleef hij, lak aan de wet van de zwaartekracht, onmogelijk lang in de lucht. Ik was waarachtig getuige van een fenomeen.

Met deze kleurrijke doelman als metafoor, kreeg mijn vermeende jeugdzonde glans bij de recente tv-documentaire over de keeper. De docu doet mij ook met een glimlach herinneren aan een bonte stoet keepers in alle maten en soorten. Die in mijn eigen team de aangewezen man waren om ballen tegen te houden. Zij leerden mij de keeper met andere ogen te bekijken.

Niveau

Mijn gemankeerde voetbalcarrière glijdt in de nadagen af naar het bedenkelijk niveau van de kelderklasse. In een levensfase waarin, met het klimmen der jaren, de snelheid van handelen niet meer correspondeert met de aansturing vanuit de hersenen. Met andere woorden: de benen doen niet meer wat het hoofd wil.
Op dat moment blijkt de karikatuur van jezelf geboren zonder dat je het beseft. Het oogt dan ook een beetje zielig. Het is een schrale troost, vanaf het moment dat we er zelf om kunnen lachen wordt het toch nog gezellig.

In dat decor deelt onze keeper in de malaise, strandt in goede bedoelingen en doet zijn stinkende best om mijn oorspronkelijk rolmodel te doen vergeten. We belanden geruisloos in de categorie “tikkie trug Jaap” van FC Knudde.

Mythe

„Het kan verkeren”, zei Bredero. De zondagmiddag is niet meer heilig, het voetbal op zaterdag lonkt sterker dan ooit. De keeper in zijn felgele trui, waaraan ik me destijds spiegelde, is uitgegroeid tot een figuur met mythische proporties.

Deze herinnering werd levend op het moment dat ik hoorde van het overlijden van oud-Feyenoord keeper Eddy Pieters Graafland.