Welterusten

Jan-Kees Verschuure 18 nov 2019

De laatste tijd breek ik me het hoofd over de Natura 2000-gebieden, in het nieuws vanwege de stikstofcrisis. Ik houd als rasechte Hollander van fietsen in de natuur, net zoveel als van wonen en architectuur, maar dat er zoveel versnipperde, beschermde gebieden zijn wist ik niet. Het enige natuurlijke aan Nederland is de horizon. Ja, je hebt de Hollandse Duinen, de Oostvaardersplassen en de kwelders aan de Waddenzee, maar ook deze gebieden zijn door menselijk ingrijpen ontstaan.

Nederland heeft een cultuurlandschap, so be it, en ook dat cultuurlandschap verdient uiteraard bescherming. Een mooi voorbeeld van het combineren van water- en natuurbeheer met stedelijke ontwikkeling is Waalsprong in Nijmegen, waar ruimte voor de rivier is geschapen en een nieuwe stadswijk wordt verbonden met de oude stad. Minder heb ik met de dijkverhogingen van de afgelopen decennia, ook wel bekend als ‘Deltahoogte’. Wonen op kerende dijken mag niet meer, en dat is eeuwig jammer.

Dit valt echter in het niet bij de stikstofdiscussie, ingegeven door de angsten van een gedogende overheid voor de Urgenda-kwestie. De Raad van State heeft immers bekrachtigd dat de staat de uitstoot van broeikasgassen vóór het einde van 2020 met een kwart moet verminderen ten opzichte van 1990. Het kabinet is banger voor rechtszaken dan voor vervuiling, maar verbindt tegelijkertijd het doorgaan van acht snelwegprojecten met de invoering van de 100 kilometer-maatregel. ‘Voor wat, hoort wat’, hoor je koopman Rutte al zeggen. ‘En nu oogjes dicht en snaveltjes toe’.