een dooiere dooie tuin met plantjes

Ook al sta ik nu weer in mijn dooie tuin.
Ook al is zitten op een stoel geen staan.
Waar ik heen ben gevaren in mijn niet opgeblazen opblaasboot.
Op de rechte pad die nog steeds droog staat.

Met een cd-speler aan de rechterkant die mijn kant op staat.
En ook al staat er een geen stroom op het apparaat.
Er speelt wel George Michael uit de speakers die uit staan.
Luisterende naar de tjilpende vogels boven mij.

Zit ik te staren naar mijn dooie tuin voor mij.
Om mij te bedenken wat ik eraan ga doen.
Ook al is mijn hoofd zo leeg als een lege kamer.
Toch bedenk ik mij kijkend vanuit mijn ogen.

Dat ik door moet gaan met het besproeien van de vlakte.
Met mijn droge gieter die ik in mijn beide handen heb.
Waar een tsunami van water uitkomt bij het schreef houden.
Het blijft raar dat de grond droog blijft staan.

Ook al is de zon ondergegaan van de droogte van mijn tuin.
Ik zit nog steeds op mijn stoel mijn tuin te redden.
Ook al is de stoel een bankje waar de grote kleiner is dan de stoel.
Mijn niet opgeblazen boot is de droogte wel de baas.

Dan mijn droge tuin die droogte niet de baas kan zijn.
En daarom alles een grote droge dooie boel is.
Die ik nog steeds denk te kunnen reden vanuit mijn lege gedachten.