Je wordt ouder, mama.

Jolanda Dieuwke Lichthart 28 okt 2018

Weet je waaraan je wonderlijk goed kunt merken dat je ouder bent geworden? Aan taalgebruik. Met name het taalgebruik van mensen die jonger zijn dan jij. Op het moment dat je hun gesprekken raar gaat vinden, of sommige woorden niet meer snapt, dan weet je dat je ouder wordt.

Een tijd terug zat ik, bouwjaar 1978, in de trein te luisteren naar het gesprek van twee jongens van begin twintig. Ik hoorde ze zeggen dat die Samuel L. Jackson een bad ass mofo was, en dat ze op zaterdag met die en die zouden gaan meeten. Het duurde even voor ik begreep dat het om afspreken ging. Nu ben ik toevallig lerares Engels, maar geen grammaticanazi, en toch stond het meeten me tegen. Conclusie: ik ben oud.

Mijn dochter van bijna achttien praat, app’t en facetime’t met haar vriendinnen in een rare mengeling van Engels en Nederlands die in geen van beide talen als correct kan worden beschouwd en toch kennen zij de regels van dit taaltje, zonder erover te hoeven nadenken. Ik sta er bij en luister er naar, waarbij ik mijn oordeel uit probeer te schakelen. Iedere generatie heeft zo zijn eigen slang. Een krappe honderd jaar geleden was het woord ‘dolletjes’ het ‘pittig’ van nu, immers.

Soms vraag ik mij alleen wel af hoe mijn dochter en haar tijdgenoten over dertig, veertig, vijftig jaar terug gaan kijken op hun taalgebruik van nu. Zouden ze met lichte weemoed terugkijken naar dat omslagmoment dat twintigste eeuws Nederlands veranderde in het moderne pidgin Engels: ‘Dat was when it began, mah boy. Yas!’ Of zouden ze zich een heel klein beetje generen, zoals ik dat doe als ik bedenk dat ik op haar leeftijd heel serieus woorden als ‘heftig’ en ‘wreed’ gebruikte? Zoals de generatie voor mij moet zien te leven met het feit dat ze het hadden over ‘klub’ in plaats van ‘club’ en het enorm hip was om je zowel krities als feministies zonder -isch te noemen.

Misschien dat mijn dochter en haar vriendinnen later op oude filmpjes en reacties op instaposts terugkijken en ze echt zo zijn van: ‘Praten we vroeger zo? Sjezus, dat was echt extreem lame!’

Het zou zo maar eens kunnen.