Stoppen en doorslaan

Stella Matula 20 sep 2018

De avond ervoor raakte ik door mijn rookwaar heen, de eerste aanzet was gemaakt. Chagrijnig fietste ik naar de acupuncturist. Iedereen onderweg was strontvervelend, lelijk en dom. Bij binnenkomst kreeg ik allerlei intieme vragen op me afgevuurd. ‘Wat is je geboortedatum? Wat is je BSN-nummer?’ Wat de fuck, dacht ik. Maar ik zei het niet. Misschien moet ik mijn doe-het-nou-gewoon-meridiaan eens activeren. Omdat ik het niet persoonlijk wilde maken vertelde ik de man dat ik momenteel iedereen een lul vind inclusief mezelf.
Stoptober is sowieso een onbegrijpelijk initiatief. Oktober is wel de slechtste maand waarin je kunt beginnen met stoppen. Hallo, het is herfst. Daarna komt november, een dode maand waarin niets gebeurt buiten een paar vette zelfmoorden, de gebruikelijke moord- en doodslagen, gevolgd door december. Daar hoef ik al helemaal niets over te vertellen.

Ik moest met wat naalden in mijn lijf twintig minuten blijven liggen en vermaakte me met het volgen van een stofje aan het plafond. Het was zo’n stofje dat nog net vastzit met een onzichtbaar stofdraadje en bewoog op het ritme van organische muziek. Na die twintig minuten kreeg ik drie naaldjes in mijn rechteroor en mocht naar huis. Met die naaldjes in het oor kun je gewoon slapen, werd me verteld. Eentje helpt zelfs tegen het chagrijn. Ik slaap al minstens twintig jaar op mijn rechteroor. Dat vind ik nou eenmaal fijn en er is niemand die daar last van heeft. Geloof me, met naaldjes in je rechteroor kun je niet op je rechteroor slapen. Ik ging vroeg naar bed en was zo in de gelegenheid om mezelf de hele nacht te laten kwellen door die naaldjes en die ene mug. De naaldjes bevorderen het afvoeren van gif en als ik niet naar het toilet liep, naar de mug sloeg of een houding om in te slapen zocht sloeg ik de dekens van me af om ze even later weer te zoeken. De e-reader ging aan en uit, in de tussentijd ergerde ik me aan een slecht geschreven verhaal van een schrijver die ik voeger fantastisch vond.

Ik zal verder niemand vervelen met verhalen over een stressvol telefoongesprek van gisteravond, het maakte dat ik nog onaardiger dan normaal converseerde, mijn huilbui van vanmorgen tijdens het luisteren naar het journaal en de Ziggo-medewerker die ik aan de telefoon had en het moest ontgelden. Ik ben kapot. Maar ik rook al een dag niet.