En sindsdien kijk ik anders naar bomen
Er is één plekje op aarde dat ik zo speciaal vind, dat ik me soms afvraag of het wel echt is: Ruigoord. Ik herinner mij de dag dat ik daar voor het eerst was. Toen ik de deur uitging vroeg mijn moeder waar ik dan wel niet heen zou gaan. Zelf wist ik nog niet wat de naam van de plaats precies inhield. Klaarblijkelijk wist zij dat wel, want ik bespeurde een mix van verbazing en bezorgdheid op haar gezicht. Of ik voorzichtig zou doen. Eenmaal bij de ingang aangekomen, was er al iets wat anders was dan alle andere festivals die ik in mijn 18-jarige bestaan had bezocht. De enige regel? Of we onze schoenen uit wilden doen. Toen ik binnen was, raakte ik wat van mijn stuk. Er waren geen timetables of grote stages. Overal stonden voorwerpen waaruit ik geen wijs kon maken. Iedereen hier leek een andere taal te spreken dan ik. Totdat ik een kerk binnenstapte. Een walm van wiet glipte mijn neusgaten binnen. Extravagante figuren vulden de ruimte. Zij waren bepaald niet het type dat je in grote getale binnen de ring van Amsterdam ziet, dat tienduizend volgers op Instagram heeft, en in de Jimmy Woo stiekem een extra rondje langs de fotograaf loopt om zo spontaan mogelijk vastgelegd te worden #AllEyesOnMe. Onwennig mengde ik mij in deze vreemdelingen. Zonder dat iemand verlangde dat ik er moeite voor zou doen, werd ik één met dit hele tafereel, waar vrijheid een betekenis aannam die ik nog nooit gekend had. Ik herinner mij levendig dat ik, bijkomend van alle indrukken, in het gras lag. Ik keek gebiologeerd naar het industriegebied en de snel draaiende windmolens verderop. Op de voorgrond stonden bomen vol in blad. De bladeren bewogen in de wind, waardoor licht weerkaatste als glitter. Altijd al waren er bomen, maar nog nooit had ik de tijd genomen om bij ze stil gestaan. Dit was niets minder dan een magisch schouwspel. En sindsdien kijk ik anders naar bomen. Op festivals zie je bezoekers vaak een zakje met substanties wegmoffelen. Een ouder, uitbundig gekleed stel zag een jong koppel wat innemen. De ouderen kwamen naar ze toe, en de tortelkuikentjes schrokken. Over wat ze namen en of het allemaal oké ging. Dat ze voorzichtig moesten zijn maar vooral moesten genieten. Sociale controle noem je dat. Ik zag vandaag warmte, vrijheid, maar ook veiligheid. Een veiligheid die geen gedwongen resultaat is van wetten, maar die stamt uit een gevoel van saamhorigheid. Begrijp me niet verkeerd. Wetten heb je overal nodig. Maar alleen in Ruigoord zijn ze meer dan overbodig.