Buurman en buurman in levende lijve

Adinda Postma 31 jul 2017

Tip: kijk eerst een filmpje online en bedenk dan tijdens het lezen het bijpassend accent 😉

Wanneer ik toe kom aan t station, ga ik op een bankje zitten. Ik zet mijn bagage neer en ondertussen lopen twee mannen me voorbij en gaan op het bankje iets verderop zitten. Beide grijs haar, de een nog net iets groter eiland op het hoofd dan de ander. De eerste, een wat kleinere man met een rond gezicht en een klein tasje, praat ronduit. De tweede man zit naast hem en zit wat te rommelen in zijn tas. Het duurt niet lang voordat de trein er is en ik hoor hen praten:

“Zeg, wat is het lekker weer hè”
“Ja ja”
“En o dat is die fabriek hier van die sauzen”
“Ja, Den Dolder ja”

Iets verderop gaat de man verder:
“En wat mooi joh dit stationnetje”
“Ja inderdaad ja”
“Oud ook”
“Ja oud ja”
“Nou dit is wel een van de meest oude stationnetjes ja, dat kun je wel zien.”
“Ja zeg dat wel”
“Dan maak je bijvoorbeeld vanaf deze kant een foto…”

En dan vraagt hij aan zijn overbuurman;
“Moet je een pepermuntje?”
“Nee dank je”
“Ja en vroeger had je hier van zulke jongens met chips en drinken enzo hè. Dat heb je nu niet meer hè?”
“Nee nee. Ja wel in de intercity. Bijvoorbeeld naar Zwolle en verder enzo…”

"Moet je mijn foto’s zien?" Hij haalt zijn camera tevoorschijn "Kijk, dan moet je gewoon hiero op die koppies drukken" De andere man pakt de camera aan en kijkt op het scherm.

Inmiddels komen we langzamerhand aan bij onze bestemming en hoort de aankondiging van het treinpersoneel. “O god o god, zijn we er al?”
“Ja ja”
De man geeft de camera terug en staat op. Hij wandelt door de klapdeur kijkt vanaf de andere kant nog kort door het raampje. Ik pak mijn spullen en sta op. Op dat moment staat de man ook op en laat me voor gaan in het gangpad.

“Ja”, zegt de man “We zijn vandaag een dagje weggeweest, naar Soestdijk, naar het paleis waar het koningshuis heeft gewoond” zegt hij als we buiten komen. “Ik heb foto’s gemaakt, wil je ze zien?” Ik bedank vriendelijk en zeg: “Ik geloof u op uw woord dat u mooie foto’s heeft gemaakt. U hebt vast genoten!”
“Ja, ik heb mooie foto’s genomen. Nu ik met pensioen ben kan dat ook vaker. Ik vind het leuk om te doen. Ieder zo z’n hobby…” Ik zie dat de andere man al naar het bord is gelopen om de treintijden te checken. “Gaat u nu weer terug naar huis?”, vraag ik hem. “Ja nu weer op naar Rijswijk” “Goede reis!”, zeg ik en ik loop weg. Terwijl ik nog even achterom kijk zie ik hem zijn hand op steken “Daaag!” en ik zwaai nog even terug.