Meninkjes

ben schaafsma 10 nov 2015

“Nog niet zo lang geleden heeft u van onze diensten gebruik gemaakt. Nu willen wij graag van u weten hoe u dat ervaren hebt.” Bedrijven en instellingen hengelen tot vervelens toe naar onze mening. De kapper, de garage, NS en de supermarkt. Via de email, de telefoon of op straat. Als een onzekere minnaar na een broeierige nacht blijven ze zeuren: “Ik vond het erg fijn, hoe vond jij het? En wil je dan even deze vragenlijst invullen? Dat kost maar 15 minuten. Het zou mij erg helpen om de prestatie te verbeteren!”.

Aan de ene kant begrijp ik wel dat men mijn mening vraagt en niet die van bijvoorbeeld Peter R. de Vries. Mijn mening is gratis. De mening van Peter R. is erg voorspelbaar maar kost toch nog 1500 euro. Dat willen alleen DWDD of Pauw nog betalen. Aan de andere kant begrijp ik niet waarom men zo wanhopig op mijn mening zit te wachten. Ik zit er namelijk bijna altijd naast. Vraag het aan mijn vrienden of aan mijn vrouw. Zij zullen het gratis bevestigen. Dat komt omdat ik mijn mening vaak geef op een feestje of in de kroeg. Na een paar biertjes lijken de wereldproblemen mij eenvoudig op te lossen. Helaas weet ik de volgende ochtend nog precies wat ik heb gezegd.

Daarom geef ik vanaf vandaag mijn mening niet meer. Over de Pietendiscussie, gezond eten of buitenspel, mij zal je niet meer horen. Nog voor geen goud. Dus als Matthijs van Nieuwkerk en Jeroen Pauw bellen, ik ben er niet. Studio Sport heeft de kans gemist om mij als voetbalanalist in te huren, want ik ben niet meer beschikbaar. Ik tweet niet meer en op mijn facebookpagina staan alleen nog mooie foto’s. Om met de grote dichter Henk Westbroek te spreken: “Met een beetje tolerantie. Ben je altijd op vakantie.”

Heerlijk lijkt mij dat, met wat vrienden een biertje drinken en helemaal niets vinden. Gewoon lekker naar buiten kijken, in een kroeg zonder muziek. De stilte wordt slechts onderbroken door de bestelling van een rondje en het geluid van een boer. En af en toe klinkt een goedkeurend gebrom als een mooie vrouw langs loopt. Na een fijne meningloze middag nemen we met een handgebaar afscheid en fietsen slingerend naar huis.

Maar de volgende dag belt één van de vrienden mij op: “hoe vond jij het gisteren?”.