Het samengesteld gezin

IrisEsser 9 nov 2015

Waar meisjes ervan droomden om later juffrouw of stewardess te worden, droomde ik van een groot gezin. En groot stond voor minimaal vier koters. Na de eerste kennismaking met gebroken nachten, poepluiers, borstvoeding, rennen van het kinderdagverblijf naar je werk en van je werk weer naar het kinderdagverblijf, inentingen, ziektes…dacht ik, en dat maal vier? Het werden er dus twee. Na jaren kozen we ervoor niet langer als stel door het leven te gaan. De kinderen raakten gewend aan de nieuwe situatie en samen vormden we een hecht team. We genoten bijvoorbeeld iedere vrijdag weer op de bank, wachtend op The Voice, met lekkere hapjes.

En zo zittend op de bank vraag ik aan ze; wat als ik opnieuw verliefd zou worden? Dochter ziet alleen maar de voordelen die het met zich meebrengt en zegt de nieuwe partner te zullen verwelkomen alsof hij er altijd al is geweest. Zoon begrijpt de noodzaak van het verliefd zijn niet en zit al helemaal niet op de gevolgen te wachten en bewaakt op voorhand zijn territorium. Het is duidelijk. Hij ziet de fictieve partner liever gaan dan komen.

Maar wat als deze fictieve partner ook kinderen zou hebben? Je wilde toch altijd al een broer of een broertje? Hij rolt theatraal met zijn ogen en weigert nog langer deel te nemen aan het wat-als spel, terwijl er bij mij -zittend op de bank met mijn hecht team- veel vragen opkomen.

Zal het klikken tussen mij en mijn stiefkinderen? Zal het onderling klikken? Moet het klikken met de ex-partners? Hoe gaan wij als ouders om met strubbelingen of ruzies tussen de kinderen? Moet ik straks mijn kinderen corrigeren wanneer er in mijn beleving niets te corrigeren valt, maar het nodig is, om als ouders een front te vormen? Bedtijd, hoe laat thuis, hoe lang achter de TV…..Zal alles wat nu zo vanzelfsprekend is, leiden tot discussies waar je U tegen zegt? Zullen we onze eigen kinderen voortrekken? Wanneer de stiefkinderen tegen me snauwen dat ik hun moeder niet ben, mag ik dan terug snauwen dat ik daar erg blij mee ben? Of krijgen ze in hun volwassen leven last van zulke uitspraken? Wat is het alternatief? Negeren?

Komt mijn droom uit en krijg ik alsnog het liefdevolle gezin met vier koters of zal het samengesteld gezin me doen verlangen naar een leven zonder kinderen?

Ik besluit al snel het voorbeeld van mijn zoon op te volgen en het wat-als spel te staken.

He is vrijdag en ik ga eens nadenken welke lekkere hapjes vanavond op tafel komen, tijdens The Voice of Holland.