Nieuwe rijkeluisziekte: succesobesitas
Vorige week schreef ik al hoe Jan Smit en Jinek zich kwaad maakten over bijstandsgerechtigden die een klein beetje winst van een eigen onderneming zouden mogen houden, zodat ze leren zelfstandig een bedrijf te runnen. Deze week blijkt de empathieloze upper class zich niet alleen tot volkszangers en presentatoren te beperken. Er is een brede groep gefortuneerden die simpelweg geen idee hebben hoe het is om geen baan te hebben. Hoe het is om pech te hebben, om arm te zijn of buiten de boot te vallen.
Oh, die luie, dikke bijstandstrekkers toch! Dat moet Annemarie van Gaal, zakenvrouw en columnist voor Telegraaf, gedacht hebben voordat ze haar wereldverbeterende idee eens fijntjes uit de doeken deed in haar laatste column. Gratis sportschoolabonnementen voor mensen die langdurig in de bijstand zitten, dát zou zij introduceren als ze minister van volksgezondheid was. Zo konden al die handophouders volgens haar op apparaten de kilowattuur voor hun energierekening zelf bijeen zweten en raakten ze ook nog eens dat overtollige gewicht kwijt. Ooit was Annemarie van Gaal een lichtend voorbeeld voor ondernemend Nederland, een tweede Neelie Kroes, die succesvolle bedrijven runde in het buitenland en inspiratieboeken schreef zodat anderen net zo rijk als haar konden worden. En hoewel ze makkelijk in maatje 36 past, blijkt dat ook zij lijdt aan obesitas. Succesobesitas. Verslaafd aan haar eigen geslaagde leven, is het onmogelijk voor haar geworden om in te zien dat het anderen misschien minder fortuinlijk vergaat. Lees je Annemarie vaker, kun je duidelijk zien dat er sprake is van vervetting van haar rationaliteit en dat ze leidt aan een samengeklonterd voorstellingsvermogen.
Feit is dat we steeds dikker worden. In de BBC Radio podcast Is work too easy? legt onderzoeker Melanie Lührmann uit dat we over een tijdspanne van dertig jaar dikker zijn geworden, maar paradoxaal genoeg ook minder zijn gaan eten; zo’n 600 calorieën minder per dag. En hoewel we allemaal naar de sportschool gaan, is dat volgens Lührmann verwaarloosbaar; we sporten slechts één procent van onze tijd en de rest zitten we stil. Waren onze voorouders visnetten aan het binnen halen, aan het hooien of plaggen, vandaag de dag zitten we vooral achter onze laptops. Om te werken, te studeren, een baan te zoeken of om columns te schrijven, bijvoorbeeld.
Zitten is het nieuwe roken; dodelijk op de lange termijn. Daar kan van alles aan gedaan worden; staand werken, bureaustoelen met ingebouwde trapfietsjes of wandelend vergaderen. Lijkt me uitstekend voor Annemarie. Dan wordt haar denkvermogen wellicht ook beter doorbloedt.