Jesse Honcoop
Jesse Honcoop Buitenland 13 apr 2021
Leestijd: 2 minuten

Japan loost Fukushima-water in zee: ‘Totaal onacceptabel’

Japan brengt vandaag naar buiten dat het bevuilde water uit de ruïnes van de Fukushima kerncentrale in zee gaat dumpen. Tien jaar na de ramp ziet Japan dit als de beste oplossing. China, Zuid-Korea en milieugroeperingen reageren afkeurend.

Over twee jaar is Japan van plan te starten met de lozing van het vuile water. Dit water is ooit gebruikt om de reactoren af te late koelen na de ‘meltdown’ van de kerncentrale in 2011. Tot nu is dit water opgeslagen in grote watertanks op de locatie, maar om de locatie opnieuw te kunnen opbouwen, moet Japan eerst van dit vieze water af.

De Japanse overheid verklaarde vanmorgen: „Met het in ogenschouw nemen van de strikte naleving van de wettelijke criteria, hebben wij gekozen voor oceanische dumping.” Japan geeft hiermee ook aan dat de lozing op een gecontroleerde wijze plaatsvindt. Daarbij filteren zij de gevaarlijke stoffen en schadelijke elementen er zo veel mogelijk eruit, waardoor het uiteindelijk geloosde water voldoet aan de internationale standaarden, zo stellen ze.

Onderzoek naar risico’s

Stralingsexpert aan de universiteit in Oita in Japan, Michiaki Kai, beweert dat de onderzoeken in het voordeel spreken van de Japanse overheid. „De impact op de gezondheid is minuscuul”, zo verzekert hij. Maar, zo beweert hij ook: „Er kan niet worden gezegd dat het risico nihil is.” Afgelopen maart brachten verschillende VN-rapporteurs nog naar buiten dat het opgeslagen water een risico blijft en dat een eventuele lozing niet wenselijk zou zijn.

Kritiek op lozing Fukushima-water

China en Zuid-Korea hebben hun zorgen over het plan al geuit. Het Chinese ministerie van Buitenlandse Zaken noemt de plannen „extreem onverantwoord.” Daarbij kondigt het Chinese ministerie aan eventueel actie te gaan ondernemen. De Zuid-Koreaanse overheid diende een formele klacht in bij haar Japanse tegenhanger, terwijl ze het voorstel bestempelen als „totaal onacceptabel.”

Ook Japanse vissers voelen er niets voor. Zij vrezen dat deze maatregel slecht kan uitpakken voor hun beroepsgroep. Zo legde Zuid-Korea na de kernramp de import van vis uit het gebied bij Fukushima al stil. „Ons was verteld dat ze het water niet in de zee zouden lozen zonder steun van de vissers”, zegt Kanji Tachiya namens de lokale visserij. Volgens hem is die belofte door de regering gebroken. Greenpeace zet deze kritiek voort: „De Japanse overheid heeft de mensen in Fukushima opnieuw in de steek gelaten.”

Over de Fukushima ramp

Japan werd op 11 maart 2011 getroffen door een zware aardbeving en een tsunami. Ongeveer 100.000 mensen sloegen op de vlucht en er vielen bijna 19.000 doden. Als gevolg van het natuurgeweld raakte de kerncentrale in Fukushima beschadigd. Het was de ergste kernramp sinds die in Tsjernobyl in 1986.

Waarom we niet allemaal aan de kernenergie zitten

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.