Redactie Metro
Redactie Metro Binnenland 11 okt 2022
Leestijd: 3 minuten

Terwijl CO2-uitstoot omlaag moet, pakten deze ministers vaker regeringsvliegtuig

De CO2-uitstoot moet drastisch omlaag en voor een Europees reisje gemakkelijk het vliegtuig pakken? Dat is niet echt meer de bedoeling. Dat is in ieder geval de boodschap van het kabinet, dat probeert de klimaatdoelen van 2030 te behalen. Tegelijkertijd blijkt dat het aantal vluchten met het Nederlandse regeringsvliegtuig de afgelopen tijd is toegenomen. En twee ministers steken daar met kop en schouders bovenuit.

RTL Nieuws nam de zakenreizen van onze regering eens stevig onder de loep. Waar sommigen wel netjes de trein, auto of de reguliere lijnvlucht pakten, bleek dat in de eerste acht maanden van 2022 veel meer werd gevlogen met het regeringsvliegtuig dan de jaren daarvoor. Daar komt bij dat het vliegtuig ook nog eens regelmatig zonder passagiers boven Europa vloog. En dat lijkt nu niet helemaal in lijn met de boodschap die het kabinet in het coalitieakkoord uitdraagt.

Ministers pakken nog regelmatig regeringsvliegtuig

Sinds oktober vorig jaar vloog het regeringstoestel zeker twaalf keer leeg tussen Amsterdam en andere Europese steden. „Een leeg regeringsvliegtuig dat nu dus regelmatig zonder passagiers over Europa vliegt, is nou niet bepaald een goede uitvoering van ons klimaatbeleid”, sprak ChristenUnie-fractievoorzitter Gert-Jan Segers daarover.

Door ons kabinet wordt er op gehamerd om minder gemakkelijk het vliegtuig te pakken. Zeker voor korte reizen. Maar van de 56 keer dat het kabinet Rutte IV de afgelopen keer het regeringsvliegtuig pakte, zaten daar ook vluchten naar Parijs of Luxemburg bij.

Mark Rutte en Wopke Hoekstra

Maar welke ministers spannen de kroon als het gaat om korte vluchten? Premier Mark Rutte en Wopke Hoekstra (Buitenlandse Zaken) kozen het afgelopen jaar maar weinig voor duurzaam vervoer. Van de twaalf vluchten richting Parijs of Luxemburg was het vliegtuig acht keer bedoeld voor Rutte of Hoekstra. Volgens de ministeries stonden de politieke agenda’s van de bewindsleden een ‘gewone’ vlucht, treinreis of autoreis in de weg.

Terwijl bijvoorbeeld een minister Robbert Dijkgraaf (Onderwijs, Cultuur, Wetenschap) of Mark Harbers (Infrastructuur en Waterstaat) de dienstauto of trein richting Luxemburg of Parijs pakten, kozen de bovengenoemde ministers toch voor het vliegtuig.

CO2-uitstoot van lege vluchten

En dat stuit tegen de borst. Onder meer coalitiepartij ChristenUnie en GroenLinks spraken zich hierover uit. „Hoe kan je verwachten van mensen om iets te doen aan het klimaat als je zelf niet het goede voorbeeld geeft?”, benadrukte GL-Kamerlid Laura Bromet.

En dan volgt daar nog een drastisch rekensommetje van RTL Nieuws. De twaalf lege vluchten van het regeringsvliegtuig zijn goed voor een CO2-uitstoot van 260.000 kilo. „Je zou een flink bos moeten aanplanten om die uitstoot te compenseren”, aldus de nieuwszender.

Duurzaam vervoersmiddel of privéjet?

Overigens schrijft het medium ook nog over het staatsbezoek van koning Willem-Alexander en koningin Máxima in juni aan Oostenrijk. Het koningspaar maakte een treinreis van Wenen naar Graz om te praten over duurzaam vervoer. Maar daar was op de terugreis geen sprake meer van. Het regeringsvliegtuig vloog eerst 2400 kilometer zonder passagiers, een vlucht waar 15.000 liter kerosine voor nodig is. Goed voor een uitstoot van 38.000 kilo CO2.

Tot slot is daar nog de privéjet. Het duurste vervoermiddel voor hoogstaande politici. Vooral minister Hoekstra greep regelmatig terug naar een privévliegtuig. Kostenplaatje? Zijn vlucht in maart naar Praag en Bratislava kostte zo’n 29.950 euro. Rutte vloog overigens in maart nog met de jet van Jumbo-familie Van Eerd naar Londen. Wederom bleken de politieke agenda’s en het ontbreken van het regeringsvliegtuig op dat moment de reden voor deze vluchten.

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.