Judith Tielemans
Judith Tielemans Binnenland 28 sep 2021
Leestijd: 2 minuten

Bioscoopzalen blijven te leeg, ondanks coronatoegangsbewijzen

De invoering van het coronatoegangsbewijs heeft bij bioscopen en filmtheaters in Nederland in het eerste weekend geleid tot een terugloop in het aantal bezoekers. Ondanks dat de zalen nu helemaal vol met bezoekers mogen, lijken de versoepelingen een averechts effect te hebben. Dat laat bioscoopkoepel NVBF weten.

Vanaf zaterdag moest iedereen vanaf 13 jaar een coronatoegangsbewijs bij zich hebben om toegang te krijgen tot een horecazaak, sportevenement of een kunst- en cultuurinstelling. Gisteren lag het bezoekersaantal circa 40 procent lager dan in de drie weken ervoor, zegt Gulian Nolthenius, directeur van NVBF. „De eerste tekenen wijzen erop dat de invoering van de coronatoegangsbewijzen een nieuwe klap voor de bioscoopsector zou kunnen gaan betekenen”, laat hij weten.

Te vroeg om conclusies te trekken over coronatoegangsbewijzen

Wel benadrukt Nolthenius dat het na twee dagen nog te vroeg is om harde conclusies te trekken. Wat de coronatoegangsbewijzen op de lange termijn voor gevolgen hebben voor het aantal bezoekers, is moeilijk te zeggen. Over een aantal weken is er meer duidelijkheid voor de bioscoopkoepel. Bioscopen Pathé en Vue laten weten het nog te vroeg te vinden om een goed oordeel te kunnen vormen.

Eerder was de bioscoopsector kritisch over de verplichting van een coronapas bij een bioscoopbezoek. In een brandbrief aan de Tweede Kamer verzocht de sector om de plannen van het demissionaire kabinet aan te passen. De coronatoegangsbewijzen zouden een enorme drempel opwerpen, met name voor jonge bezoekers.

Maanden na besmetting coronavirus nog antistoffen in neusvocht

Onderzoekers van het Radboudumc in Nijmegen hebben vandaag een nieuwe ontdekking gedaan rond het coronavirus. Mensen die besmet zijn geweest met het coronavirus, hebben maanden later nog antistoffen in hun neusvocht. De onderzoekers concluderen dat door het inspecteren van neusvocht de afweer tegen het virus goed in de gaten te houden valt. Een bloedtest is daar dus niet per se voor nodig.

De wetenschappers onderzochten 50 zorgmedewerkers en 80 van hun huisgenoten die vorig jaar tijdens de eerste coronagolf besmet raakten. Geen van de deelnemers was ernstig ziek, ziekenhuisopnames kwamen onder deze groep niet voor.

Uit metingen bleek dat de deelnemers in de eerste maand na de besmetting steeds meer antistoffen in hun neusvocht hadden. Daarna nam de hoeveelheid langzaam af, maar na negen maanden hadden alle deelnemers van de studie nog antistoffen in hun neusvocht. Dat inzicht kan van pas komen, denkt immunoloog Dimitri Diavatopoulos. „Omdat neusvocht heel eenvoudig af te nemen is kunnen we ook antistoffen meten bij bijvoorbeeld jonge kinderen. Dat is voor veel mensen fijner dan bloed afnemen.”

De wetenschappers vermoeden dat antistoffen in het neusslijmvlies ook een belangrijke barrière vormen voor andere luchtweginfecties. De onderzoeksresultaten zijn gepubliceerd in vakblad Nature Communications.

Douwe Bob cancelt tournee om coronapas, veel mensen juichen dat toe

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.