Jeroen Haverkort
Jeroen Haverkort Nieuws 2 jan 2018
Leestijd: 3 minuten

De protesten in Iran zijn ‘zeer fel en radicaal’

Bij protesten in diverse Iraanse steden zijn volgens de staatstelevisie in de afgelopen dagen twintig doden gevallen. Sommige demonstranten roepen ‘dood aan Rohani’ en ‘dood aan Khamenei’. „Dit keer zijn het niet de studenten en de middenklasse die de straat op gaan, maar de arme mensen”, aldus Irandeskundige Peyman Jafari (41), politicoloog aan de Universiteit van Amsterdam. „Bij hen komt jarenlange opgekropte woede naar buiten. De protesten zijn zeer fel en radicaal.”

Belofte

Onlangs maakte president Hassan Rohani de nieuwe begroting bekend. „Vooral de verdriedubbeling van de benzineprijs en de hoeveelheid geld dat naar instellingen gaat die in handen zijn van de geestelijken viel slecht”, zegt Jafari die in 1987 uit Iran vluchtte met zijn ouders en sinds 1989 in Nederland woont. „Veel mensen hoopten dat het beter zou gaan. Rohani beloofde in 2015, nadat Iran met de Verenigde Staten een akkoord bereikte over kernprogramma, dat de economie zou aantrekken. Maar de werkloosheid is gigantisch en het leven wordt steeds duurder.”

De protesten begonnen vorige week donderdag in Mashhad, de tweede stad van Iran. Dat is geen toeval volgens Jafari: „Mashhad is de thuisbasis van Ebrahim Raisi, Rohani’s rivaal. In mei verloor hij de presidentsverkiezingen. Hij is zeer conservatief en zijn politieke agenda is vooral gericht op de arme bevolking. Volgens hem maakt Rohani er een puinhoop van en komt hij zijn beloften niet na. Meer en meer mensen sloten zich vervolgens aan bij het protest dat steeds feller en radicaler wordt. Raisi heeft de controle verloren, dat blijkt wel nu de demonstranten ook de hoogste geestelijk leider Ali Khamenei dood wensen.”

Revolutie

Toch ziet Jafari het niet gebeuren dat er na 1979 opnieuw een revolutie plaats zal vinden in zijn land. „In 2009 was de laatste grote demonstratie. Toen ging het om democratie, nu draait het vooral om economie. Nu demonstreren de armen, in 2009 waren het studenten en de middenklasse. En er gingen toen miljoenen mensen de straat op, nu zijn het er honderdduizenden. Dat is niet veel op een bevolking van ruim 80 miljoen mensen. Deze protesten moet je niet overschatten en vooral zien als een signaal, maar het is wel een signaal waar het regime van schrikt. Ik denk dat ze daarom met concessies zullen komen, ook om te voorkomen dat de middenklasse zich zal aansluiten bij het protest.”

Hoe groot is die kans? Dat is volgens Jafari moeilijk in te schatten. „Er heerst veel onvrede over het politieke systeem dat elementen combineert van een parlementaire democratie met een religieuze theocratie geleid door geestelijken. Dit systeem creëert, meer dan in de omringende landen, ruimte voor de bevolking om hun ongenoegen kenbaar te maken. Volgens de grondwet in Iran mag je ook gewoon demonstreren, maar wel tot op zekere hoogte. Het is een grijs gebied waarin Iraniërs zich bevinden. In een totale dictatuur is het duidelijk en kent iedereen zijn plek. Dat wil de Iraanse bevolking ook niet. Wat gebeurt er als je dit regime omverwerpt? Wat krijg je ervoor terug? Vaak is dit geen verbetering. Kijk maar naar de Arabische lente. Dat speelt mee.”

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.